Oranjerevolutie dreigt te verzanden
Met het opstappen van de belangrijkste kopstukken van de Oranjerevolutie uit de regering lijkt Oekraïne weer terug te zijn gekeerd naar de politieke situatie van het tijdperk van president Leonid Koetsjma. De helden van de revolutie lijken zich nu aan dezelfde zonden schuldig te maken als waartegen ze eind vorig jaar tijdens de presidentsverkiezingen zo hartstochtelijk hadden gestreden.
In die zin is de Oranjerevolutie volgens een klassiek patroon verlopen. De gedeelde afkeer van een autoritair heerser brengt politieke groeperingen met soms volstrekt tegengestelde ideeën en doelstellingen bijeen. Maar zo gauw het belangrijkste doel is bereikt, ontstaat er toenemende onenigheid over de verdere uitwerking van de revolutionaire idealen, waarbij de eigen belangen weer een steeds grotere rol gaan spelen.
Zo ook in Oekraïne. De nu afgetreden premier Julia Timosjenko koos voor een radicale revolutionaire koers, waarbij zo veel mogelijk politiek en economisch afgerekend moest worden met de entourage van ex-president Leonid Koetsjma. Zo pleitte zij voor een grootschalige nationalisering van meer dan 3000 onder Koetsjma geprivatiseerde bedrijven en wilde zij een strafrechterlijke klopjacht op corrupte politici uit Koetsjma’s tijdperk.
Ook was ze begonnen met de tijdens de Oranjerevolutie beloofde fikse verhogingen van de minimuminkomens en pensioenen. Dit zou volgens haar -geheel in de revolutionaire traditie- worden gefinancierd met het geld van de vroegere machthebbers.
Dergelijke populistische maatregelen waren vooral goed voor de politieke rating van Timosjenko, die inmiddels hoger is dan die van haar revolutionaire medestander president Viktor Joesjtsjenko.
Die koos op zijn beurt sinds de oranje overwinning voor een veel gematigder beleid, vooral gericht op het behouden van politieke stabiliteit. De radicale koers van Timosjenko zou volgens hem te veel onrust veroorzaken, met desastreuze gevolgen voor de economie. Grootschalige nationaliseringen zouden de broodnodige westerse investeerders afschrikken en een te snelle groei van sociale uitgaven zou de economische groei afremmen.
Hij koos daarom voor de weg van de compromissen, ook met de nog altijd zeer machtige oligarchen in het land.
Wat de situatie in Oekraïne extra ingewikkeld maakt, is dat beide leiders van de Oranjerevolutie zelf ook afkomstig zijn uit de entourage van Koetsjma. Zij zijn dus ook in meer of mindere mate besmet met dit verleden, gekenmerkt door politiek gekonkel, vriendjespolitiek en corruptie.
In het geval van Timosjenko is dit het meest duidelijk. Zij verrijkte zichzelf onder het vorige regime dankzij corrupte gasdeals die haar de dubieuze bijnaam gasprinses opleverde. Bij Joesjtsjenko betreft het vooral zijn meest directe medewerkers en financiers.
De belangrijkste van hen is de peetvader van een van Joesjtsjenko’s kinderen, Petro Porosjenko. Deze oligarch en mediamagnaat vergaarde eveneens zijn rijkdom onder Koetsjma, maar steunde met zijn televisiezender Kanaal 5 zijn vriend Joesjtsjenko tijdens de Oranjerevolutie. In ruil daarvoor werd hij hoofd van de nationale veiligheidsraad, ondanks zijn positie als oligarch dus.
Ondanks de door Timosjenko en Porosjenko met de mond gepropageerde idealen van de Oranjerevolutie -gericht tegen politiek gekonkel, vriendjespolitiek en corruptie- lijken ze de afgelopen maanden beiden zelf hiermee in de fout te zijn gegaan. Zowel de voormalige premier als het inmiddels ook afgetreden hoofd van de nationale veiligheidsraad lijkt zijn positie aangewend te hebben om zijn eigen zakelijke belangen te versterken.
Feitelijk vielen ze dus weer terug op hun oude en vertrouwde gedrag waarmee ze ooit rijk en machtig zijn geworden. Zelfs Joesjtsjenko’s zoon lijkt zich de afgelopen maanden flink aan de machtige positie van zijn vader te hebben verrijkt, hoewel de president dit -overigens weinig overtuigend- heeft ontkend.
Ook een aantal andere oeroude Oekraïense politieke tradities die met de Oranjerevolutie voltooid verleden tijd leken te zijn geworden, zijn de afgelopen maanden weer geheel teruggekeerd. Zo uiten politici weer in het openbaar de meest grove beschuldigingen aan elkaars adres. Ook gaan zij weer net zo gemakkelijk een bondgenootschap aan met de vijand als dat ze dat breken met een coalitiegenoot.
Zo heeft Timosjenko aangekondigd oppositie te gaan voeren tegen haar revolutiegenoot Joesjtsjenko en is het vroegere en gevreesde voormalige hoofd van Koetsjma’s presidentiële staf Viktor Medvedtsjoek een bondgenootschap aangegaan met zijn vroegere aartsvijand Timosjenko. Andere Koetsjma-getrouwen steunen daarentegen nu openlijk Joesjtsjenko, onder wie Koetsjma zelf en zijn schoonzoon, oligarch en parlementslid Viktor Pintsjoek.
Dankzij deze politieke aardverschuiving ziet ook het Kremlin weer een rol voor zichzelf weggelegd in Oekraïne. Sinds de overwinning van de Oranjerevolutie en het aantreden van de nationalistische Timosjenko, beide een politieke tegenslag voor de Russen, had het Russische leiderschap zich vooral bezig gehouden met het likken van zijn wonden.
Maar de nieuwe situatie heeft het Kremlin hoop gegeven de situatie in het buurland weer in Russisch voordeel te kunnen beïnvloeden. Zo heeft de Russisch ambassadeur in Kiev, oud-premier Viktor Tsjernomyrdin, Joesjtsjenko direct na het ontslag van Timosjenko geprezen voor deze daad. Ook sprak hij zich positief uit over de nieuwe premier Joeri Jechanoerov, een uit het Russischtalige oostelijke Oekraïne afkomstige etnische Rus. Volgens Tsjernomyrdin is hij een vriend van Rusland en betekent zijn aantreden een positieve impuls voor de bilaterale relaties.
Ook president Poetin liet zich positief uit over het aftreden van Timosjenko. Hij suggereerde dat hij altijd had voorspeld dat de Oranjerevolutie aan corruptie ten onder zou gaan en sprak zijn hoop uit dat de nieuwe regering betere relaties met Rusland zou onderhouden.
Prompt maakte Tsjernomyrdin bekend dat Poetin in oktober een bezoek zou brengen aan Kiev, terwijl net na het aftreden van Timosjenko Joesjtsjenko’s vertrouweling en secretaris van de staat Oleg Rybatsjoek al een bezoek bracht aan Poetins machtige presidentiële chef Dmitri Medvedev in het Kremlin.
Russische analisten menen daarom dat er een nieuwe dooi voor de deur staat tussen Kiev en Moskou en dat de relaties de komende maanden inniger zullen worden. Sommigen suggereren dat het Kremlin daarbij een dubbelspel zal gaan spelen. Aan de ene kant de relaties met Joesjtsjenko versterken en aan de andere kant de opbouw van een sterke oppositiecoalitie stimuleren tussen Timosjenko enerzijds en Koetsjma-getrouwen, onder wie Janoekovitsj, anderzijds.
Zo’n coalitie kan tijdens de parlementsverkiezingen van volgend jaar Joesjtsjenko’s blok ”Nasja Oekraïna” verslaan en zodoende een nog grotere verzwakking toebrengen aan het oranjekamp. Bovendien is dan de kans groter dat er een pro-Russische premier aantreed, die dankzij de grondwetswijziging eind dit jaar meer macht zal hebben dan de pro-westerse president Joesjtsjenko.