De tuimelaars leefden al zeker dertig jaar in gevangenschap en waren volledig aan hun omgeving gewend. De eigenaars vreesden dat de dieren niet in staat waren in het wild te overleven en zelf de weg terug te vinden. Maar de dolfijnen bleven bij elkaar en wisten in de ondergelopen stad feilloos de plek terug te vinden waar het aquarium ooit stond.

Omdat de dieren vrijwel hun hele leven in gevangenschap hebben doorgebracht, kunnen ze naar verwachting niet in het wild overleven. Experts zijn daarom bezig de dolfijnen te leren om op matten te springen die naast reddingsboten in het water liggen. Op die matten worden de dieren vervolgens naar bassins met zout water gesleept. Als het niet lukt om de dolfijnen dat kunstje te leren, wordt geprobeerd ze in netten te vangen.