Kamp wil inzet VS in NAVO-reactiemacht
Minister Kamp van Defensie wil dat de Verenigde Staten ook troepen gaan leveren voor de snellereactiemacht NRF van de NAVO.
„Dit moet een troepenmacht van de hele NAVO zijn”, stelde Kamp dinsdagmiddag voorafgaand aan informeel overleg met zijn collega’s van het bondgenootschap in Berlijn. „De VS zouden daar dan ook evenredig aan bij moeten dragen.”
In de praktijk zou dit erop neerkomen dat Washington enkele duizenden militairen gereed houdt voor de snelle NAVO-macht van 20.000 tot 25.000 personen, die onmiddellijk kan reageren op crises overal ter wereld. Nu dragen de VS niet bij aan de NRF, hoewel de troepenmacht wel een idee was van de Amerikaanse minister van Defensie, Rumsfeld.
De VS zorgen wel voor luchttransport van troepen. Kamp erkent dat de VS nu al sterk belast zijn door de inzet van 200.000 militairen in Irak en Afghanistan, „maar voor het eindmodel zouden de VS wel evenredig troepen moeten inzetten.” Rumsfeld heeft gisteren aangegeven in principe akkoord te gaan met de opstelling van Kamp, maar zegt momenteel geen troepen te kunnen reserveren voor de NRF-macht.
De NRF zou van alle NAVO-lidstaten meer aandacht mogen krijgen, meent Kamp. „De NRF is tot nu toe nog blijven steken in dure oefeningen.” De NAVO-lidstaten concentreren zich ook te veel op de troepen die op de lange termijn inzetbaar moeten zijn, bijvoorbeeld in Bosnië.
Kamp pleit voor een evenredige verdeling van „lusten en lasten.” Eerder stelde minister Bot van Buitenlandse Zaken al eens dat het te vaak dezelfde landen zijn, zoals Nederland, die kosten maken voor de NAVO. Kamp wil op de lange termijn een soort poolsysteem, waarbij landen die troepen of middelen voor de NAVO inzetten daar vanuit centrale fondsen van de alliantie terugbetaald worden. „Maar dat is nog een eind weg.”
Duitsland ziet niets in een andere financiering van vredesoperaties van de NAVO. De Duitse minister van Defensie, Struck, wil blijven vasthouden aan het principe dat „de kosten daar komen te liggen, waar ze gemaakt worden, bij de landen die vredesoperaties ondernemen.”