Zeeuws viertal fietst twee busjes bij elkaar
Vier Zeeuwen fietsten vrijdag met ruim 250 kilometer twee personenbusjes bij elkaar. „We hopen dat hiermee het werk onder het joodse volk kan doorgaan”, zegt Leo Joosse.
„Ik zou wel eens een eindje willen fietsen”, zei Ko Wisse een paar weken geleden tegen zijn zoon Sam en schoonzoon Leo de Visser. „Maar ik doe niet graag iets voor niets”, aldus de nuchtere Zeeuw, in het dagelijks leven makelaar. Zo rijpte het idee van een fietssponsortocht voor het werk van de Gereformeerde Gemeenten in Israël en Oekraïne.
„We hebben ook Leo Joosse gevraagd, die een rijwielhandel heeft in Aagtekerke.” Joosse: „Ja, maar dan moet je er ook bij vertellen wat je toen zei, Ko.”
„O, ja”, lacht Wisse, „Ik zei: Je bent misschien wel een blok aan ons been.” Met een knipoog: „Ik heb tussen de regels door begrepen dat als we het halen, we allemaal een nieuwe fiets krijgen van Leo.”
Vrijdagmorgen ging het viertal van start. Klokslag halfzeven vertrekt het viertal vanuit Aagtekerke. De stemming en het tempo zitten er goed in. Een halfuur later rijden ze door het Walcherse landschap richting Neeltje Jans en de Pijlerdam. Net voorbij Vrouwenpolder gaat de eerste boterham bij Leo de Visser al naar binnen.
Ervaring hebben ze alle vier niet, zeggen ze, maar enthousiasme des te meer. „We zijn maandag pas begonnen met trainen”, schertst Sam Wisse. De training van Joosse bestond eruit dat hij iedere dag een paar keer een testrondje van 400 meter reed op een door hem gerepareerde fiets. De koers is noordoost, want, zegt Ko, „we rijden met de wind mee.”
Tientje per kilometer
Omdat Joosse lid is van de commissie fondswerving van het deputaatschap voor Israël van de Gereformeerde Gemeenten, was de link naar het doel van de sponsoractie snel gelegd. Het deputaatschap zorgt zelf voor het innen van het sponsorgeld en heeft er ook een bestemming voor: een personenbusje voor de medewerkers Sjaak van Rijssel in Oekraïne en Maarten Dekker in Israël. Ging het in het begin om één bus, later op de dag bleek dat er makkelijk twee bekostigd konden worden. „We zitten op 254 euro per kilometer”, zegt Ko Wisse. „Er zijn sponsors die dachten dat we maar 40 kilometer zouden fietsen en een tientje per kilometer gaven.” „Maar”, voegt hij eraan toe, „die kunnen het wel missen hoor.” Dat is in elk geval te hopen voor de sponsors: gisteravond laat stond het viertal nog steeds op de pedalen. „We gaan door tot elf, twaalf uur”, aldus de enthousiaste groep. De verwachting was op dat moment dat het totaalaantal kilometers de 250 ruimschoots zou passeren.
Klaagmuur
De betrokkenheid van de fietsers bij het volk Israël is niet alleen van vandaag, zo blijkt. „We zijn bij de Klaagmuur en op andere plaatsen geweest en we hebben daar veel orthodoxe joden gezien”, zegt Ko Wisse. „Als je ziet hoe veel die bezig zijn met hun geloof, maar toch Christus niet kennen, besef je de noodzaak van het werk onder het volk Israël.”
Joosse was vorig jaar nog in Israël, op een zogeheten lectuurreis, en heeft dezelfde ervaringen. „Het joodse volk heeft al jaren een plekje in ons hart. Je kunt wel zeggen dat het een artikel in het gebed is geworden. Dat is eigenlijk al sinds ds. R. Boogaard in onze gemeente voorging. Hij gaf veel aandacht aan de plaats van het volk Israël.”
Joosse werd opnieuw bepaald bij de nood van het volk toen hij eens een inleiding verzorgde over Romeinen 11. Voor hem is het helder dat in Gods Woord onvervulde beloften staan voor het joodse volk. „Het gaat niet om deze fietstocht, maar om het vele werk dat kosten met zich meebrengt. We hopen dat het werk onder het Joodse volk hiermee kan doorgaan.”
Armoede
Het deputaatschap voor Israël reageert verheugd op de inspanningen van het viertal. Algemeen secretaris J. J. de Jong: „We zijn blij als iemand niet alleen een gift geeft, maar ook bereid is zich echt in te zetten voor het werk en op deze manier meeleeft.” Vanuit het werkveld kwamen signalen dat er behoefte is aan een ruim vervoermiddel, laat hij weten. „Zowel in Oekraïne als in Israël is het vervoer vanwege armoede een probleem. Het is fijn dat mensen straks met de busjes opgehaald kunnen worden om bijvoorbeeld naar bijeenkomsten te gaan.”