VN hebben kritiek op Europees asieldebat
De VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR heeft forse kritiek op het „oververhitte” Europese debat over immigratie. De organisatie van de Nederlandse ex-premier Lubbers zei vrijdag dat het aantal mensen dat in de EU politiek asiel zoekt meer dan helft lager is dan tien jaar geleden. De angst voor een invasie van asielzoekers is volgens de VN-afdeling dan ook ongegrond.
Een zegsman van de UNHCR tekende aan dat het vraagstuk van de politieke asielzoekers niet moet worden verward met dat van de illegale immigratie. De opmerkingen van de organisatie komen op een moment dat Groot-Brittannië en Denemarken strengere wetgeving rond vreemdelingen hebben voorgesteld of aangenomen. Het thema staat ook centraal in het debat rond de ’opkomst van rechts’ in Europa, een trend die ook sinds de verkiezingen van 15 mei in Nederland actueel is.
„Er zijn grote problemen rond immigratie in Europa, maar de politieke asielzoekers vormen hiervan maar een klein deel”, aldus een UNHCR-woordvoerder. Het aantal mensen dat vorig jaar in de EU politiek asiel aanvroeg, bedroeg 384.530. In 1992, ten tijde van de oorlog in Joegoslavië, was dat nog 675.460.
Het aantal mensen dat bij de EU aanklopte, staat volgens de UNHCR ook in schril contrast met bijvoorbeeld de miljoenen Afghanen die zich vorig jaar meldden aan de grenzen van Pakistan en Iran. Vier van de zes landen die in de afgelopen tien jaar de meeste asielzoekers ’opleverden’ voor de EU, kwamen uit Europa zelf, aldus de VN-organisatie. Het gaat om Joegoslavië (679.927 mensen), Roemenië (285.452), Turkije (282.287) en Bosnië (151.334).
De UNHCR waarschuwt voor „overhaast” Europees beleid en wetgeving die „gevaarlijk” kan zijn voor toekomstige vluchtelingen. Zij krijgen mogelijk helemaal geen toegang meer tot de EU of ze krijgen geen mogelijkheid een behoorlijke aanvraag af te handelen als ze eenmaal binnen zijn.
„Als je alle cijfers bekijkt, is er toch weinig grond voor de opvatting in verscheidene Europese landen dat ze misleid worden door frauduleuze asielzoekers”, aldus de woordvoerder. Hij wees er ook op dat veel asielzoekers uiteindelijk weer vrijwillig terugkeren, zoals de Roemenen in de jaren negentig en recenter de Kosovaren.
Tijdens de komende EU-top in het Spaanse Sevilla staat de Europese immigratiepolitiek centraal. Daar komt onder meer de oprichting van een Europese grenspolitie aan de orde.
Het Deense parlement heeft vrijdag een nieuwe asielwet aangenomen. Het wordt voor buitenlanders moeilijker asiel aan te vragen en een verblijfsvergunning of een uitkering te krijgen.
De centrumrechtse minderheidsregering presenteerde de wet eerder dit jaar. Uit het buitenland kwam er veel kritiek op. Bij haar aantreden in november vorig jaar beloofde de regering de Deense verzorgingsstaat te behoeden voor uitbuiting door buitenlanders.
De rechts-liberale premier Anders Fogh Rasmussen was zeker van de meerderheid omdat hij behalve op de stemmen van zijn Venstre-partij kon rekenen op die van zijn conservatieve coalitiepartner en die van de rechts-populistische Volkspartij, die niet in de regering zit. De drie partijen beschikken samen over 95 van de 179 zetels in het Folketing. Rasmussen vindt de nieuwe Deense wetgeving een voorbeeld voor wetgeving in andere Europese landen. Het parlement nam de wet, die op 1 juli in werking treedt, aan met 59 tegen 48 stemmen. Zeventig parlementsleden waren afwezig en twee onthielden zich van stemming.
Volgens de nieuwe wet neemt Denemarken alleen vluchtelingen op die voldoen aan de definitie van de Conventie van Genève, dat wil zeggen: mensen die worden vervolgd wegens hun ras, geloof of politieke overtuiging. Asielzoekers kunnen pas na zeven jaar een permanente verblijfsvergunning krijgen, in plaats van de huidige drie jaar. Pas dan kunnen ze aanspraak maken op een uitkering.
Zodra de politieke situatie in hun land van herkomst stabiliseert, worden vluchtelingen teruggestuurd. Als een asielzoeker op vakantie gaat naar zijn land van herkomst, wordt zijn zaak opnieuw bezien. De minimumleeftijd voor het halen van een levenspartner van buiten Scandinavië of de EU gaat omhoog van 18 naar 24.