Laagste loonstijging in ruim twintig jaar
In het tweede kwartaal lagen de lonen in CAO’s 0,6 procent hoger dan een jaar geleden. Dat is de laagste salarisstijging in meer dan twintig jaar. Dat heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maandag gezegd.
„Sinds 1984 is de CAO-loonstijging niet meer zo laag geweest”, meldde het CBS.
De lage salarisverhoging is het gevolg van het akkoord dat het kabinet, de vakbonden en de werkgevers in het najaar van 2003 sloten. De bonden beloofden toen de nullijn te bewaren in ruil voor verzachtingen van ingrepen in de sociale zekerheid.
De gevolgen van het najaarsakkoord zijn nu pas volledig merkbaar, zegt CBS-econoom M. Vergeer. Door de blijvend hoge werkloosheid heeft Vergeer niet de indruk dat de lonen de komende kwartalen zullen aantrekken. „Het is geen goede tijd om loonstijgingen te vragen.”
De lonen gaan al een tijd steeds minder hard omhoog. In 2003 stegen de salarissen 2,8 procent, in 2004 vielen ze terug tot 1,3 procent. Alhoewel de groei vorig jaar mager was, namen de lonen toen wel harder toe dan de inflatie. In het tweede kwartaal van dit jaar compenseerden de lonen de inflatie echter niet langer.
„De CAO-loonstijging ligt nu fors onder het niveau van de inflatie, die in het tweede kwartaal van 2005 op 1,5 procent uitkwam”, stelt het CBS. Eerder bleek dat consumenten onder meer door de koopkrachtvermindering massaal de handen op de knip houden.
Ook de groei van de totale loonkosten, inclusief zaken als premies voor pensioen, werkloosheid en ziektekosten, is sterk afgenomen. „In het tweede kwartaal van 2005 zijn deze loonkosten met 1,2 procent gestegen. In 2004 was de contractuele loonkostenstijging nog 2,5 procent”, aldus het CBS.
Op dit moment is ongeveer eenderde van alle collectieve arbeidscontracten (CAO’s) opnieuw afgesloten. Doorgaans kan het CBS zijn cijfers over het tweede kwartaal op meer CAO-contracten baseren. Door de nieuwe regels voor het vroegpensioen laten veel CAO’s nog op zich wachten.