Mes in schulden armste landen
De ministers van Financiën van de G-8, de groep van de zeven rijkste geïndustrialiseerde landen en Rusland, hebben zaterdag een akkoord bereikt over kwijtschelding van de schulden van de armste landen ter wereld.
De Britse minister van Financiën, Gordon Brown, heeft dat bekendgemaakt. De kwijtschelding van alle schulden die achttien landen hebben bij het Internationaal Monetair Fonds, de Wereldbank en de Afrikaanse Ontwikkelingsbank, gaat onmiddellijk in. Daarvoor hebben de ministers een bedrag van 40 miljard dollar (33,9 miljard euro) beschikbaar gesteld.
Op vrijdag waren Washington en Londen het eens geworden over het raamwerk van het plan. De Amerikanen stonden erop dat de schulden werden kwijtgescholden; ze zagen niets in het voorstel van de Britse premier Tony Blair dat de rijke landen de schuldaflossingen voor hun rekening nemen.
Volgens de meest recente cijfers van de Wereldbank hebben de armste landen in zuidelijk Afrika een totale schuld van 231 miljard dollar uitstaan. Daarvan zijn ze 69 miljard dollar schuldig aan multilaterale instanties als de Wereldbank. Het schrappen van de schulden moet een einde maken aan de armoede in Afrika, waardoor de landen de strijd kunnen aangaan met de ziektes die jaarlijks miljoenen levens eisen, waaronder aids.
De ministers spraken daarom een pakket aan maatregelen af, waaronder verdubbeling van de ontwikkelingshulp en opvoering van de campagnes die onder meer aids moeten tegengaan. Groot-Brittannië was de drijvende kracht achter de overeenkomst, die de Amerikaanse minister van Financiën, John Snow, omschreef als „historisch.”
De G-8 nodigden zaterdag olieproducerende landen en andere staten uit om bij te dragen aan een fonds dat de arme landen moet helpen grote schommelingen in de olieprijzen op te vangen. Brown deed eerder al een oproep aan de landen in het Golfgebied, die profiteren van de stijgende olieprijzen, om bij te dragen aan de pogingen een einde te maken aan de armoede in Afrika.
Minister Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) noemde voor Radio 1 het akkoord „fantastisch”, maar meende dat het al veel eerder tot stand had kunnen komen. „Het is moeilijk de rijke landen op een lijn te krijgen.” Zij vindt verder dat het niet bij schuldsanering moet blijven. „We moeten onze markten openen en de handel onderling versterken.” Nederland scheldt jaarlijks ongeveer 200 miljoen euro kwijt aan schulden van ontwikkelingslanden.
CDA en PvdA spreken beide van een doorbraak. Het is een buitengewoon goed resultaat, zei CDA-Tweede-Kamerlid De Haan zondag in het Radio-1-Journaal. Maar de armoedebestrijding is hiermee niet opgelost. Daar is nog veel meer voor nodig, zo voegde hij eraan toe.
PvdA-kamerlid Koenders wijst erop dat het geld voor de schuldenverlichting wel extra geld moet zijn. „Want het mag niet ten koste gaan van hulp aan andere landen.” Hij riep ook de EU ertoe op de exportsubsidies aan te pakken. Die belemmeren de handelsmogelijkheden van de ontwikkelingslanden.
De G-8 bestaat naast Groot-Brittannië en Rusland uit de Verenigde Staten, Japan,Canada, Frankrijk, Italië en Duitsland.