Ibuprofen wordt gebruikt als een alternatief voor pijnstillers als paracetamol en aspirine. Het bezit ontstekingremmende kwaliteiten en wordt regelmatig geslikt door mensen met onder meer ontstekingen aan gewrichten, zoals lijders aan artritis. De stof behoort tot een brede groep van ontstekingremmers en is in relatief lage doseringen verwerkt in pijnstillers als Nurofen en Advil.

In het onderzoek is gekeken naar meer dan 9000 mensen tussen 25 en 100 jaar oud die tussen 2000 en 2004 voor het eerst een hartaanval kregen. Nadat risicoverhogende factoren als de leeftijd en roken in acht waren genomen, bleek dat de patiënten die in de drie maanden voor hun hartfalen ibuprofen voorgeschreven hadden gekregen, 24 procent meer kans hadden op een hartaanval. Zij hadden het middel waarschijnlijk in een hoge dosering via een recept gekregen. Het slikken van een nog sterker ontstekingremmend middel, diclofenac, bleek de kans met 55 procent op te stuwen. Diclofenac is uitsluitend op recept verkrijgbaar.

De universiteit in Nottingham wijst er zelf op dat verdere studie noodzakelijk is om vast te stellen of het huidige onderzoek de juiste data voort heeft gebracht. Duidelijk is volgens de onderzoekers wel dat „gezien het frequente gebruik van de bewuste medicijnen door oudere mensen, er mogelijk belangrijke gevolgen kunnen optreden voor de volksgezondheid".

De studie bevestigt overigens dat ook een nieuwe generatie ontstekingsremmers, de zogenoemde Cox–2 remmers, eveneens een groter risico op hartfalen met zich meebrengen. Het gaat om onder meer het medicijn Vioxx. Dat middel werd al vorig jaar van de markt gehaald, toen er aanwijzingen waren dat in de Verenigde Staten circa 140.000 mensen die Vioxx slikten een hartaanval hadden gehad.