De Palestijnse premier Mahmud Abbas stelde zaterdag de verkiezingen voor de Palestijnse Nationale Raad voor onbepaalde tijd uit. Ambassadeur Bakhit gelooft dat hij tot dit besluit is gekomen om de tot nu toe belangrijkste partij onder de Palestijnen, Fatah, meer tijd te geven zich voor te bereiden op de verkiezingen voor het Palestijnse parlement.

Onder de Palestijnen is echter de islamitische verzetsbeweging Hamas populair, omdat deze in tegenstelling tot de Palestijnse Autoriteit niet corrupt zou zijn. Hamas zou ook een belangrijke rol hebben vervuld in de gewapende strijd tegen Israël. In Israël bestaat juist de vrees dat Hamas de macht zal overnemen in de Gazastrook als Israël zich daar dit najaar uit terugtrekt. Hamas legt zich om religieus-islamitische redenen niet bij het bestaansrecht van Israël neer. In Israëlische veiligheidskringen wordt verwacht dat het geweld tussen Israël en de Palestijnen na de terugtrekking zal toenemen.

Als de Palestijnse verkiezingen op democratische wijze en onder internationaal toezicht plaatshebben, moet men wel zich neerleggen bij de uitslag ervan, aldus de Jordaanse ambassadeur. „Je moet de wil van het volk respecteren.” Hij zei te hopen dat er twee richtingen binnen Hamas zullen ontstaan, een politieke en een militaire tak. Dat is ook het geval binnen de Libanese Hezbollah.

Bakhit werd in februari als gezant van Jordanië naar Israël gezonden, nadat hij zijn land drie jaar in Turkije had vertegenwoordigd. In 2000 trokken Jordanië en Egypte hun ambassadeurs terug uit protest tegen het in hun ogen buitenproportionele Israëlische geweld tegen de Palestijnen. Bakhit was generaal-majoor in het Jordaanse leger. Hij heeft een doctoraat in de politieke wetenschappen.

De ambassadeur verwierp de stelling van radicaal rechts in Israël dat Jordanië Palestina is en dat als de Palestijnen een eigen staat willen, ze die dus daar maar moeten oprichten. Van de Jordaanse bevolking is 42 procent van Palestijnse origine en een deel van hen heeft het Jordaanse staatsburgerschap, aldus de diplomaat.

„We hebben een verdrag met Israël. De grenzen zijn bekend. Palestina is Palestina, Jordanië is Jordanië en Israël is Israël - zoals iedereen weet. Hier en daar zijn enkele extremisten. Af en toe horen we verklaringen van Israëlische functionarissen en academici dat alle Palestijnen naar Jordanië moeten worden gedeporteerd. Dat is een scenario, ja. Maar is dat mogelijk in de 21e eeuw? We zijn niet bezorgd. De Palestijnen weten waar hun land is en daar houden ze aan vast.”

De rellen die maandag ontstonden op de Tempelberg zijn volgens hem uitgelokt door joodse extremisten, die zich eveneens verzetten tegen de Israëlische terugtrekking uit de Gazastrook. Het gaat volgens Bakhit niet om islamitisch verzet tegen het bezoek van de gewone Israëlische bezoeker aan de Tempelberg.

Ook voor moslims is de Tempelberg, die zij Haram al-Sjarif noemen, een heilige plaats. Jordanië betaalt 500 functionarissen die in of bij de islamitische heiligdommen in Jeruzalem werken, aldus Bakhit.

De ambassadeur veroorzaakte enige verbazing onder het publiek door te verklaren dat er geen archeologisch bewijs is geleverd dat de joodse tempel op de Tempelberg heeft gestaan. Hij ontkende echter niet dat er een tempel is geweest.