Regeringsbeleid vergroot honger in Malawi
De kinderafdeling van het ziekenhuis van Lilongwe in Malawi zit vol met kinderen uit het door honger geteisterde land. Soms zijn ze nog maar een paar maanden oud, maar allemaal hebben ze dezelfde uitgemergelde lijfjes en kijken ze met grote ogen lusteloos om zich heen.
Volgens hulporganisaties zijn duizenden kinderen en volwassenen het afgelopen jaar in Malawi gestorven door een tekort aan voedsel. De situatie zal de komende tijd waarschijnlijk verder verslechteren als er geen hulp uit het buitenland komt.
De huidige voedseltekorten in Malawi zijn het gevolg van mislukte oogsten, maar ook van een verkeerde beleidsvoering door de overheid, zoals het doorvoeren van agrarische hervormingen op het verkeerde moment en de desastreuze verkoop van de noodvoorraad graan.
Het Wereldvoedselprogramma (WFP) berichtte onlangs dat 2,6 miljoen mensen in zes landen in zuidelijk Afrika nu al honger lijden en dat dit er de komende maanden veel meer zullen worden. De hele regio lijdt onder voedseltekorten ten gevolge van droogte en overstromingen.
De regeringen van de getroffen landen in het zuiden van Afrika worden echter ook bekritiseerd op hun beleid, dat volgens hulporganisaties een zeer negatieve uitwerking heeft gehad en aan de noodsituatie heeft bijgedragen.
Zimbabwe bleef als een van de vruchtbaarste gebieden in de streek tot nog toe verschoond van de crises die de buurlanden teisterden, maar dit jaar zullen ook miljoenen Zimbabwanen voedselhulp nodig hebben, mede vanwege de door president Robert Mugabes gepropageerde landhervormingen. En de monarchie van Swaziland besloot van het verbouwen van graan over te stappen op suikerriet, zonder rekening te houden met een eventuele mislukking van de graanoogst en een daling van de suikerprijs, zoals dit jaar het geval was.
Volgens Chris Landsberg, een van de directeuren van het Centrum voor Afrika’s Internationale Relaties en verbonden aan de universiteit van Johannesburg, speelt het gebrek aan democratie in de Afrikaanse landen een grote rol in het voedselprobleem: alleenheersers kunnen de problemen in hun land langer verborgen houden en krijgen minder snel hulp uit het Westen. „Als we meer democratische regimes in deze streek zouden hebben, zouden we beter met de crisis om kunnen gaan”, aldus Landsberg.
De honger in Malawi is niets nieuws voor de inwoners van het verarmde land maar een jaarlijks terugkerend verschijnsel. Dit jaar evenwel heeft het overheidsbeleid de toestand ernstig verslechterd. Het jaarlijkse voedseltekort wordt meestal opgevangen door een noodvoorraad waarmee de bevolking nog een aantal maanden gevoed kan worden. Vorig jaar heeft de regering deze noodvoorraad echter grotendeels verkocht, met het oog op de positieve oogstvoorspellingen, die uiteindelijk door overstromingen veel te optimistisch bleken te zijn. Malawi probeerde vervolgens graan uit Zuid-Afrika te laten komen, maar deze import kwam door het slechte transportnetwerk te laat en was bovendien niet toereikend.
De regering van Malawi zegt de graanvoorraad te hebben verkocht onder druk van westerse donoren en het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Deze zeggen te hebben voorgesteld een deel van de voorraad te verkopen, maar zeker niet al het graan. De overheid van Malawi onderzoekt nu wat er precies is gebeurd met de verkoop en waar het geld gebleven is. In de tussentijd heeft de regering besloten de vaste graanprijzen los te laten, waardoor deze explosief zijn gestegen, juist op het moment dat de bevolking van Malawi ernstig honger begint te lijden.
De hoofdzuster van het ziekenhuis in Lilongwe zegt nog nooit zulke wanhopige patiënten te hebben gehad en vraagt zich af wat er gaat gebeuren als het voedsel echt op is. „Het ergste moet nog komen”, verzucht zij.