Protest Servische politie tegen Joegoslavië-tribunaal
Een elite-eenheid van de Servische politie, de Rode Baretten, heeft gisteren negen uur lang een belangrijke brug in de Joegoslavische hoofdstad Belgrado geblokkeerd uit protest tegen de uitlevering van mensen die door het Joegoslavië-tribunaal worden gezocht. De politietroepen maakten uit eigener beweging een einde aan de actie.
Ongeveer honderd Rode Baretten reden voor dageraad met zo’n twintig pantserwagens naar de brug over de rivier de Sava. Hun commandanten zeiden dat zij vorige week door de regering zijn „misleid" toen zij meewerkten aan de arrestatie van de Bosnisch-Servische tweeling Predrag en Nenad Banovic, die daarna aan het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag werden uitgeleverd. Zij eisten het aftreden van de verantwoordelijke minister, Dusan Mihajlovic van Binnenlandse Zaken.
De blokkade veroorzaakte grote verkeersoverlast in de hoofdstad, waaraan pas een einde kwam nadat de manschappen hun spullen hadden gepakt en in de richting van hun basis 100 kilometer ten noorden van Belgrado waren vertrokken.
Het was de derde actie van de Rode Baretten sinds de arrestatie van de broers Banovic, vorige week donderdag op een markt bij Belgrado. Zaterdag blokkeerden zij een autoweg naar Hongarije en vrijdag barricadeerden zij zichzelf in hun opleidingscentrum in het noorden van Servië.
Net als de Rode Baretten, beschouwen veel Serviërs het tribunaal als illegaal en bevooroordeeld. De nieuwe regering is er niet in geslaagd een wettig kader te scheppen voor de uitlevering van verdachten aan het tribunaal, vanwege oppositie door de nationalisten en de socialisten van ex-president Slobodan Milosevic.
Ook de Joegoslavische president, Vojislav Kostunica, meent dat uitlevering in feite illegaal is zolang er geen wettelijke regeling voor bestaat. Zijn rivaal, de Servische premier Zoran Djindjic, stelt zich op het standpunt dat er in feite geen extra wetgeving nodig is, omdat Joegoslavië als lidstaat van de VN gehouden is aan medewerking met het VN-hof.