Dat berichtte de Israëlische krant Ha’aretz donderdagmorgen. Abbas is momenteel in Washington. Hij zou later donderdag een ontmoeting hebben met Bush. Het is dan de eerste keer sinds zijn aantreden als Palestijns president dat Abbas met de Amerikaanse president spreekt. Bush beschouwde de voorganger van Abbas, Yasser Arafat, niet als een gesprekspartner.

De VS maken samen met de Verenigde Naties, de Europese Unie en Rusland deel uit van het zogeheten kwartet voor het Midden-Oosten. Deze groep landen poogt het vredesproces in de regio weer enige vorm te geven. Israël heeft zich bereid getoond daaraan mee te werken, maar de joodse staat hamert er steevast op dat de Palestijnse Autoriteit eerst de „terroristische infrastructuur” moet ontmantelen.

Het lijkt er nu op dat Bush Abbas het voordeel van de twijfel wil geven. Volgens Ha’aretz zou de Amerikaanse president zelfs bereid zijn de Palestijnse Autoriteit tientallen miljoenen dollars aan directe hulp te geven. Hij zou daarmee het Congres passeren, dat juist grote moeite heeft met directe financiële steun aan het Palestijnse bestuur, omdat het geldt als bijzonder corrupt.

Amnesty International geeft zowel Israël als de Palestijnen ervan langs in zijn mensenrechtenrapport over het afgelopen jaar. Israëlische soldaten die op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook opereren, schieten volgens de mensenrechtenorganisatie Palestijnen dood, martelen, vernielen bezittingen, houden medische hulp tegen en nemen medische hulpverleners onder vuur. De Palestijnse strijdgroepen worden door Amnesty veroordeeld omdat zij doelbewust Israëlische burgers treffen.

Volgens het rapport van Amnesty hebben gewapende Palestijnse groepen in 2004 109 Israëliërs gedood. Onder de slachtoffers waren 67 burgers, van wie 8 kinderen. De militante Palestijnen schoten op Israëlische auto’s en lieten bommen ontploffen op openbare plaatsen. Zulke op burgers gerichte acties zijn misdaden tegen de menselijkheid, aldus Amnesty.

Het Israëlische leger heeft het afgelopen jaar meer dan 700 Palestijnen doodgeschoten, onder wie 150 kinderen. Dat gebeurde bij beschietingen, bij het bombarderen van woonwijken of bij het gebruik van buitensporig geweld, aldus Amnesty. Sommige van deze daden kunnen worden aangemerkt als misdaden tegen de menselijkheid of als oorlogsmisdaden.

De Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem gaf woensdag ook een rapport uit. Daarin wordt de verdenking geuit dat Israëlische troepen afgelopen jaar Palestijnen hebben geliquideerd onder de dekmantel van zoekoperaties.