„Veenhuizen verdient plek op erfgoedlijst”
Het dorp Veenhuizen verdient een plaats op de Werelderfgoedlijst van Unesco.
Dat zei burgemeester J. H. van der Laan van de gemeente Noordenveld dinsdag bij de opening van het nieuwe gevangenismuseum in Veenhuizen.
De burgemeester betitelde Veenhuizen als „uniek” in Nederland en misschien wel in Europa. „We zijn de procedure gestart om het dorp aan te mogen merken als beschermd dorpsgezicht. En wat zou het mooi zijn er een schepje bovenop te doen door het veroveren van een plaats op de Werelderfgoedlijst.”
Op de lijst van de VN-organisatie Unesco staan monumenten die wereldwijd gezien uniek zijn. Voor Nederland zijn dat onder andere de molens bij Kinderdijk en het voormalig eiland Schokland.
Het dorp Veenhuizen is in de negentiende eeuw ontstaan rondom de gestichten en de gevangenissen. Voor het gevangenispersoneel, dat verplicht in het dorp moest wonen, werden woningen en andere voorzieningen gebouwd.
Veenhuizen heeft nog altijd drie gevangenissen met ongeveer 800 gedetineerden. Ze behoren tot de nog geen 3000 inwoners van het Drentse dorp.
Het nieuwe gevangenismuseum in Veenhuizen werd dinsdag geopend. Honderden mensen keken toe hoe directeur-generaal E. Mulock-Houwer van het ministerie van Justitie haar vingerafdruk zette, waarna de deuren open gingen.
Eigenlijk zou minister Donner van Justitie het museum openen, maar hij moest in de Tweede Kamer verschijnen.
Het museum is gehuisvest in een oude gevangenis, een gesticht uit 1823. Het pand is een van de vele rijksmonumenten in Veenhuizen. De verbouwing kostte 7,2 miljoen euro en is betaald door het ministerie, de provincie en de gemeente.
Bestuursvoorzitter J. van der Meijs hoopt op 60.000 bezoekers per jaar. In het museum werken zes vaste krachten en 130 vrijwilligers.