Dat liet de Rooms–Katholieke Kerk in Nederland donderdag weten. Comece, waarvan bisschop Van Luyn van Rotterdam vice–voorzitter is, noemt de grondwet een „mijlpaal in de geschiedenis van de Europese integratie". Het verdrag zal volgens de commissie het gevoel van een Europees staatsburgerschap versterken en bijdragen aan een meer democratische en slagvaardige Unie.

De grondwet betekent volgens Comece een doorbraak in de verhouding tussen kerk en staat. De verdragstekst noemt de kerken expliciet en onderscheidt ze van andere maatschappelijke organisaties. Ook verplicht de tekst de Unie tot een geregelde dialoog met religieuze en levensbeschouwelijke gemeenschappen.

Verder is de commissie tevreden over de verankering in de grondwet van de vrijheid van godsdienst en van onderwijs, het verbod op discriminatie en de eerbiediging van de culturele, religieuze en taalkundige diversiteit van Europa. Het ontbreken van een uitdrukkelijke verwijzing naar het christendom als fundament van de Europese cultuur noemt Comece betreurenswaardig. Het verdrag spreekt slechts van het „culturele, religieuze en humanistische erfgoed van Europa”. Omdat niemand kan ontkennen dat het christendom in de Europese geschiedenis de belangrijkste religieuze stroming is, heeft het volgens Comece impliciet toch een plaats in de verdragstekst gekregen.

De grondwet ademt volgens de beoordeling, waaraan onder anderen de Tilburgse juriste dr. S. van Bijsterveld heeft meegewerkt, een christelijke mensvisie. De tekst spreekt immers van de twee kanten van het menszijn: individualiteit en solidariteit. Op diverse plaatsen in het verdrag lijken die twee dimensies echter te worden losgekoppeld, aldus de commissie.