Annan pleit voor vernieuwing nucleair verdrag
Het internationale verdrag dat wereldwijd de ontwikkeling en verspreiding van kernwapens moet regelen, is verouderd. In verband met nieuwe dreigingen en technologische ontwikkelingen moet het verdrag in orde worden gebracht.
Dat stelde secretaris–generaal Annan van de Verenigde Naties (VN) maandag in New York. Hij sprak aan het begin van de internationale vergadering bij de VN over het zogeheten non–proliferatieverdrag (NPV) uit 1970.
Het verdrag staat onder grote druk, concludeerde Annan. Hij riep de internationale gemeenschap op de overeenkomst te versterken „voordat de kloof tussen belofte en prestatie onoverbrugbaar wordt".
Volgens de secretaris–generaal kan de wereld uitsluitend door volledige nucleaire ontwapening ontsnappen aan het gevaar van een „militaire atoomcatastrofe". „Een wereld vrij van atoomwapens biedt de enige garantie dat kernwapens niet worden ingezet", benadrukte de VN–leider.
Annan eiste van de voormalige rivalen uit de Koude Oorlog dat ze hun nucleair arsenaal verkleinen. Hij uitte de hoop dat er binnenkort slechts honderden, en niet meer duizenden kernkoppen voorhanden zijn.
Al voor het begin van de conferentie, die bijna vier weken gaat duren, was duidelijk geworden dat veel landen het 35 jaar oude verdrag niet meer effectief vinden. Aan de ene kant streven steeds meer staten het bezit van kernwapens na, of zij worden daarvan verdacht. Aan de andere kant houden de ’erkende’ kernwapenstaten zich niet aan hun belofte hun kernwapenarsenalen te vernietigen.
Ook is er het internationaal terrorisme dat aan kernwapens probeert te komen. Bovendien lijkt er sprake te zijn van een toenemende smokkel en illegale verkoop van nucleaire technologie.
De Verenigde Staten willen het vooral hebben over de stijgende spanning rond Iran en Noord–Korea. Iran dreigt de verrijking van uranium te hervatten. Noord–Korea zou binnenkort een ondergrondse kernproef willen uitvoeren. Het communistische regime liet zondag nog een raket voor de korte afstand testen.
Bijna alle landen in de wereld zijn lid van het non–proliferatieverdrag. Alleen Pakistan, India en Israël, die eigen kernwapens ontwikkelden, voelden niets voor het NPV. Noord–Korea, dat kort geleden verklaarde over kernwapens te beschikken, stapte begin 2003 uit het verdrag.
Aan de vooravond van de conferentie demonstreerden in New York tienduizenden mensen tegen kernwapens. Onder de deelnemers waren de burgemeesters van Nagasaki en Hiroshima, twee Japanse steden die aan het einde van de Tweede Wereldoorlog vrijwel werden weggevaagd door een atoombom. Burgemeester Akiba van Hiroshima startte een internationale campagne voor de afschaffing van kernwapens. Hij riep burgemeesters van over de hele wereld op zich aan te sluiten.