ABN daagt Italiaanse centrale bank voor rechter
ABN AMRO heeft in het gevecht om Antonveneta de Italiaanse centrale bank voor de rechter gedaagd. De Nederlandse bank vindt dat de Banca d’Italia ABN AMRO benadeeld heeft ten opzichte van zijn grote concurrent voor de overname, het Italiaanse Banca Popolare di Lodi (BPL).
Dat heeft een woordvoerder van ABN AMRO donderdag bevestigd. De zaak speelde volgens justitiële bronnen donderdagmiddag achter gesloten deuren bij een regionale rechtbank in Rome. De rechter doet volgende week woensdag uitspraak. Zaterdag staat een aandeelhoudersvergadering van Antonveneta op de agenda. De verwachting is dat op die bijeenkomst de facties van ABN AMRO en BPL een felle strijd zullen voeren om de gunst van de aandeelhouder.
ABN AMRO maakte eind maart zijn bod van 6,3 miljard euro op Antonveneta openbaar. De afgelopen weken heeft de top van de Noord-Italiaanse bank het bod van de Nederlanders omarmd en heeft ook de beurswaakhond Consob aangegeven dat het bod van ABN AMRO procedureel in de haak is.
Het verzet komt sinds eind maart van BPL, dat van de Banca d’Italia de ruimte kreeg zijn belang in Antonveneta van ongeveer 5 procent te vergroten tot dik 29 procent. ABN AMRO kreeg daarvoor pas woensdag toestemming.
De Nederlanders hebben momenteel een belang van 18,4 procent in Antonveneta. ABN AMRO wordt echter door zijn eigen bod beperkt om extra aandelen aan te kopen. De huidige koers van Antonveneta (26,10 euro) ligt boven de 25,45 euro (bod plus uitgekeerd dividend) die ABN AMRO’s bewegingsruimte bepaalt. Willen de Nederlanders aandelen tegen meer dan 25,45 euro aanschaffen, dan moeten ze hun bod formeel verhogen.
Bekend is dat de president van de Banca d’Italia, Antonio Fazio, zich verzet tegen verregaande buitenlandse inmenging in de Italiaanse bankensector. Daarmee riskeert de bankpresident een botsing met de Europese Commissie, die gisterochtend het overnameplan van ABN AMRO goedkeurde.
ABN AMRO voelt zich ongelijk behandeld door de Italiaanse centrale bank. De Nederlanders willen via de rechter afdwingen dat de aandelen die Lodi de afgelopen weken heeft verworven zaterdag op de aandeelhoudersvergadering niet mogen meetellen. ABN AMRO vreest dat BPL zaterdag zo veel aandeelhouders achter zich weet dat de rivaal via een afgedwongen wijziging in de top van Antonveneta het bod van de Nederlanders alsnog kan afschieten.
ABN AMRO stelt verder dat de Italiaanse centrale bank onzorgvuldig heeft geopereerd. Door een kleine en financieel zwakke bank als Lodi toestemming te geven een fors belang in Antonveneta op te bouwen, handelt de Banca d’Italia in strijd met de eigen richtlijnen. Die verplichten de centrale bank om te voorkomen dat banken zelf hun financiële stabiliteit in gevaar brengen.
Toch hoeft ABN AMRO niet te wanhopen, licht de woordvoerder toe. Met terugwerkende kracht kan de Nederlandse bank in het gelijk worden gesteld, waardoor eventueel nadelige besluiten op de aandeelhoudersvergadering terug moeten worden gedraaid.