Libanezen betwijfelen daadwerkelijk vertrek Syriërs
BEIROET - Massademonstraties, scepsis en angst bepalen het leven in Libanon. Dinsdag moeten de Syrische troepen zich definitief hebben teruggetrokken. „Eerst zien, dan geloven.”plattekst rafelen (u20,1,0(De ontwikkelingen in Libanon zijn nauwelijks meer bij te benen. Het weekend werd ingeluid met een massale betoging om de laatste eer te betuigen aan Bassel Fleihan; een oud-minister die bij premier Rafiq Hariri in de auto zat ten tijde van de bomaanslag. Een dag later overheerste het nieuws dat de terugtrekking van de Syrische strijdkrachten bijna is voltooid.
Politiek gezien rommelt het continu. Na felle kritiek van de Verenigde Naties op de manier waarop de Libanese autoriteiten de aanslag op Hariri hebben onderzocht, hakte de nieuwe premier -de steenrijke Najib Mikatti- een aantal knopen door. Het hoofd van de politie en nationale veiligheidsdienst stapten voor een maand op in afwachting van het VN-onderzoek. Nieuwe parlementsverkiezingen worden op 29 mei gehouden.
Beiroet is beveiligd als een middeleeuws fort. Op elke straathoek staat wel een militair of agent, particuliere beveiligingsbedrijven doen goede zaken. Uit angst voor nieuwe aanslagen geldt een algeheel parkeerverbod. Trottoirs zijn met een geel politielint afgezet en bij het binnenrijden van een parkeerplaats wordt elke auto grondig onderzocht. Bij de ingang van winkels worden tassen grondig op verdachte voorwerpen gecontroleerd.
Overal op straat is de drang naar onafhankelijkheid waar te nemen. Posters met ”wij willen de waarheid” en ”onafhankelijkheid 2005” hangen naast het nationale rood-wit op bijna elke muur. De sfeer onder de bevolking blijft erg gespannen. Na vier autobommen kort achter elkaar leek de rust te zijn teruggekeerd. Totdat deze vorige week bruut werd verstoord. Vanuit een rijdende auto werd een handgranaat in een cafetaria gegooid, twee bezoekers raakten zwaargewond.
Door de aanhoudende dreiging hebben de bewoners van een aantal christelijke wijken het heft in eigen handen genomen. In een paar weken tijd zijn diverse ”burger-checkpoints” opgezet. Een initiatief om de soldaten en politie, die overuren draaien, een handje te helpen. „We houden de boel extra in de gaten”, vertelt Maroun Fares, een taxichauffeur uit Ain el-Roumaneh, een van de christelijke wijken van Beiroet.
Vooral de wijken waar de oppositie haar aanhang vindt, krijgen extra aandacht. Van negen ’s avonds tot ongeveer zeven uur ’s morgens bemannen buurtbewoners elke hoek van de straat waar geen militair of agent staat. Terwijl de waterpijp rondgaat, discussiëren ze over politieke zaken, ondertussen elke passerende auto observerend. Fares: „Gelukkig kennen we bijna iedereen hier in de buurt.”
De buurtbewoners zijn voorlopig niet van plan het bijltje erbij neer te gooien. „We gaan hier mee door totdat we weten wat er met ons land gebeurt”, aldus politieagent Elie Sawaya. Volgens Sawaya gaat alles in goed overleg met de bewoners: „Zodra er wat verdachts wordt gesignaleerd, worden wij of het leger gebeld.”
Ondertussen is de terugtrekking van de Syrische strijdkrachten in de laatste fase beland. Gisterochtend openden alle lokale kranten met het grote nieuws. Volgens de berichten zouden vanmiddag -vier dagen voor de door Bashar al-Assad beloofde deadline- alle Syrische troepen en geheim agenten het land hebben verlaten.
Volgens een verklaring van het Libanese ministerie van Defensie zou na een korte ceremonie het hoofd van de Syrische geheime dienst met het laatste konvooi meereizen. Een historische gebeurtenis voor een land dat bijna dertig jaar politiek en economisch is bezet. De Syriërs doen er van alles aan om de militaire terugtrekking groots te laten zien. Dagelijks zijn op het nieuws de konvooien te zien met gepantserde voertuigen, vrachtwagens en jeeps die richting de grens trekken. In korte tijd werden de posters van Hafez al-Assad -de vader van de huidige president van Syrië, Bashar- van de muren gepeuterd. Zelfs het immense standbeeld van de oud-president in de Bekaa-vallei is van zijn sokkel gehaald en op een vrachtwagen gelegd.
Toch was in de belangrijkste Syrische basis in het grensplaatsje Anjar -waar het hoofd van de Syrische veiligheidsdienst is gestationeerd- zondagavond alles nog geheel intact. Ook langs de Israëlische grens signaleerden ooggetuigen nog diverse Syrische troepen. Vooralsnog blijven de Libanezen sceptisch. Voorlopig staat er nog geen groot volksfeest op het program. Niemand gelooft dat alle Syriërs echt zullen vertrekken. ”Eerst zien, dan geloven” lijkt het motto dat overheerst op de straat.