Met maximaal tien toegestane bordelen behoort Zwolle tot de middenmoters wat betreft grotere steden die prostitutie geregeld hebben. Daarnaast is er echter een groot grijs circuit van allerlei seksuele ’dienstverleners’, vaak werkend vanuit woningen of via niet-traceerbare 06-nummers. Legaal of niet, in de praktijk maakt dat volgens Wiegman (30) weinig uit. „Uit onderzoek blijkt dat zeker vier van de vijf vrouwen onvrijwillig in de prostitutie zitten. Ook al werken ze dan in een legaal bordeel.”

De maandag gepresenteerde ChristenUnie-notitie komt aan de vooravond van een evaluatie van het prostitutiebeleid door het college van B en W. Dat is voor het eerst na de opheffing van het bordeelverbod in 2000. Destijds bood Zwolle de mogelijkheid om tien bordelen uit te baten. Niet alle exploitanten van sekshuizen gingen daarop in. Op dit moment zijn acht van de tien beschikbare vergunningen vergeven.

Volgens raadslid Wiegman was het college in 2000 te goedgelovig over de motieven van de seksbranche. „Prostitutie is geen normaal beroep en zal het ook nooit worden. Dat wordt onvoldoende onderkend, al zijn er voldoende bewijzen. Niet alleen werken veel vrouwen tegen hun wil in de branche, ook gaan ze vaak onverantwoordelijk om met hun gezondheid. Op dit moment wordt er vanuit de overheid te weinig georganiseerd om die vrouwen te beschermen en een goede gezondheidszorg te bieden.”

De Zwolse ChristenUnie-fractie, die in het stadsbestuur een middenpositie inneemt met vijf zetels in de gemeenteraad van Zwolle én een wethouder in het college, wil aan de ene kant het aantal bordelen terugdringen. Liefst tot nul, aldus Wiegman. „Wij zijn tegen prostitutie en voor een nuloptie. Maar dat is niet erg realistisch, gezien de huidige wetgeving.”

Behalve voor terugdringen van het aantal sekshuizen pleit het raadslid daarom voor een zogeheten ”uitstapbeleid”, waardoor vrouwen geholpen worden bij het verlaten van de branche. Ook wil ze meer voorlichting en preventie, waardoor gezondheidsklachten bij prostituees voorkomen kunnen worden. „Wat ons betreft gaat er meer geld naar de GGD. Die werkt nu ook al onder prostituees, maar heeft onvoldoende mogelijkheden om de hulp te bieden die nodig is.”

Zwolle kan de aanpak niet alleen aan, aldus Wiegman. „Samenwerken met Deventer ligt het meest voor de hand. Daarnaast is extra geld van het Rijk nodig. Het kabinet heeft erkend dat er onopgeloste problemen zijn door de legalisatie van bordelen. Daar moet dus ook geld voor worden vrijgemaakt.”

De ChristenUnie-notitie heeft nog niet de status van een officieel, door de gemeenteraad goedgekeurd plan. Daarvoor is het nu nog te vroeg, aldus Wiegman. Wel hoopt ze dat andere raadsfracties erdoor aan het denken worden gezet. Bij de evaluatie van het bordeelbeleid dit najaar door de raad hoopt de ChristenUnie vervolgens een aantal zaken uit de notitie gedaan te krijgen bij het college. Daarbij hangt het niet alleen af van maatregelen die de gemeente moet nemen. „Er zijn ook allerlei organisaties die hulp geven aan prostituees, zoals Het Scharlaken Koord en De Haven. Ze werken met vrijwilligers die veel kunnen betekenen.” Het raadslid wil de komende tijd tijdens koffieochtenden christelijke vrouwen zover krijgen dat ze zich voor dit doel willen inzetten. „Dan kunnen we dit najaar aan raad en college laten zien dat er al mogelijkheden voor hulp zijn.”