Arafat verliet donderdagochtend voor het eerst sinds eind maart zijn hoofdkwartier in Ramallah. Hij stapte in een zwarte Mercedes om een rondrit door de stad te maken. Palestijnse politiemannen begeleidden hem op zijn zegetocht. Het was voor het eerst in weken dat ze in het openbaar wapens droegen.

Arafat nam op zijn rondrit kennis van de verwoestingen die de Israëli’s de afgelopen weken in Ramallah hebben aangericht. Kantoren van de Palestijnse Autoriteit en andere gebouwen liggen in puin. Bovendien staan de straten vol met autowrakken.

De Palestijnse leider kon Ramallah sinds midden december niet meer uit. Eind maart beperkten de Israëliërs zijn bewegingsvrijheid nog meer door zijn hoofdkwartier te omsingelen. Israël hief de belegering in de nacht van woensdag op donderdag op. Dat gebeurde na een akkoord met de Palestijnen over de overdracht van zes Palestijnen in het gebouw. Vier van de zes werden vorige week veroordeeld voor de moord op de Israëlische minister van Toerisme Zeevi in oktober vorig jaar. De zes zijn overgebracht naar een gevangenis in Jericho, waar Amerikanen en Britten toezien op de bewaking.