De stemming van woensdag was het enige moment waarop het europarlement de nieuwe uitbreiding van de Unie hadden kunnen tegenhouden. Sommige parlementsleden pleitten voor uitstel van de stemming, omdat vooral Roemenië nog lang ver verwijderd is van de Europese normen op allerlei terreinen. Dat pleidooi kreeg nauwelijks bijval.

Veel europarlementsleden waren tevreden met de toezeggingen die ze eerder hadden gekregen van de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van de EU. Die heeft plechtig beloofd om goed naar het parlement te luisteren als er gesproken wordt over een eventueel jaar uitstel van de toetreding. Uiteindelijk zijn het de EU–leiders die over zo’n uitstel besluiten.

Woensdagmorgen was een flinke groep europarlementsleden voor uitstel van de stemming. Voor de grootste politieke groep in het parlement, de EVP (waartoe ook het CDA behoort), was de voornaamste reden van financiele aard. In het toetredingsverdrag staat de belofte dat Roemenië en Bulgarije samen recht hebben op 44 miljard euro steun tussen 2007 en 2013. De parlementsleden waren bang dat ze dan niets meer over die uitgaven te zeggen hadden.

Op het nippertje redde premier Juncker van huidig EU–voorzitter Luxemburg de stemming. Hij zegde toe dat het parlement de zeggenschap over de begroting houdt. Daarmee verloren de aanhangers van uitstel van de stemming een flink deel van hun aanhang.