Amerikanen doden negen Iraakse rebellen
Amerikaanse eenheden hebben dinsdag bij gevechten in de Iraakse stad Qaim, aan de grens met Syrië, minstens negen opstandelingen gedood, aldus zegslieden in het plaatselijke ziekenhuis. Volgens het Amerikaanse leger werden via Qaim wapens en guerrillastrijders Irak binnengesmokkeld.
De Iraakse regering meldde dinsdag de gevangenneming van Fadhil Ibrahim Mahmud al-Mashadani, onder Saddam Hussein hoofd van het militaire bureau in de hoofdstad Bagdad. Volgens de regering coördineerde en financierde hij persoonlijk „aanvallen op het Iraakse volk.”
De Iraakse onderminister van Binnenlandse Zaken, Tariq al-Baldawi, is dinsdag in Bagdad aan de dood ontsnapt toen opstandelingen het vuur op zijn konvooi openden. Een lijfwacht kwam om en drie mensen, onder wie Al-Baldawi’s zoon, raakten gewond.
Bij twee zelfmoordaanslagen in de stad Mosul kwamen vijf Iraakse burgers om en raakten acht inwoners gewond. Bij een derde zelfmoordaanslag in Talafar, nabij Mosul, vielen ook vijf doden en acht gewonden, onder wie zeven kinderen, aldus het Amerikaanse leger.
Het Iraakse ministerie van Defensie maakte dinsdag de arrestatie bekend van een Irakees die heeft toegegeven dat hij het buurland Syrië wilde binnengaan om een autobom op te halen. De man heeft banden met de Syrische inlichtingendiensten, aldus het ministerie. Syrië heeft meerdere malen ontkend dat het Iraakse opstandelingen steunt, maar zegt ook dat het niet in staat is de lange grens met Irak volledig af te sluiten.
Bij aanslagen in de Noordoost-Iraakse stad Kirkuk zijn maandagavond vier gewonden gevallen. Twee Iraakse politieagenten raakten gewond toen hun patrouille onder vuur werd genomen. De andere gewonden vielen bij de explosie van een bom die in de auto van een arts was geplaatst. De arts was net een bakkerij binnengegaan en bleef ongedeerd. De gewonden waren voorbijgangers. Het was niet duidelijk waarom de arts het doelwit van de aanslag was.