VN sturen delegatie naar Afrika
Een vijftien leden tellende delegatie van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties is zondag in Zuid-Afrika aangekomen in een poging een bijdrage te leveren aan de oplossing van langdurige conflicten in Congo en Burundi.
De delegatie zal bij de vertegenwoordigers van de verschillende partijen in Congo aandringen op voortzetting van de in Zuid-Afrika gevoerde besprekingen over de samenstelling van een overgangsregering in Kinshasa en een nieuwe grondwet. Enkele dagen geleden raakte het overleg in Zuid-Afrika opnieuw in een impasse door een eenzijdige overeenkomst tussen de Congolese regering van president Joseph Kabila en de door Uganda gesteunde Congolese Bevrijdingsbeweging (MLC) van Jean-Pierre Bemba. De overeenkomst sluit de grootste rebellenbeweging, de door Rwanda gesteunde Congolese Partij voor Democratie (RCD), buiten.
Afvaardigingen van de MLC en de kleinste van de drie rebellenbewegingen, de Congolese Partij voor Democratie-Bevrijdingsbeweging (RCD-ML), arriveerden zaterdag in Kinshasa voor nadere uitwerking van het akkoord met de regering. De overeenkomst voorziet in een presidentschap voor Kabila en een premierschap voor Bemba. De leider van de RCD zou het voorzitterschap van het parlement aangeboden krijgen.
De delegatie, onder leiding van de Franse VN-ambassadeur Jean-David Levitte, zal daarnaast in Zuid-Afrika met Burundese rebellen spreken over een staakt-het-vuren in het conflict in Burundi. Verder staan tijdens de achtdaagse missie ontmoetingen op het programma met de leiders van Congo, Angola, Zimbabwe, Tanzania, Uganda, Rwanda en Burundi.
Gevechten tussen twee stammen in het noordoosten van Congo hebben in de afgelopen twee weken tientallen mensen het leven gekost. Een Ugandese legerwoordvoerder maakte dit zondag bekend.
In de bergen en de jungle rond het Albert-meer strijdt een Lendu-militie tegen Hema-strijders. Inzet zijn thee- en koffieplantages en vee. De Lendu, vanouds landbouwers, zijn bewapend met geweren, machetes en pijl en boog, en hebben meestal de overhand op de Hema, traditioneel een herdersvolk en geringer in aantal. De aanvallen begonnen begin april, maar zijn de afgelopen twee weken in hevigheid en intensiteit toegenomen, meldde het leger.
De gevechten tussen beide volken woeden al tientallen jaren en laaien van tijd tot tijd op. In het verleden bleven de aantallen slachtoffers beperkt, omdat de partijen primitief bewapend waren. Sinds het uitbreken van de burgeroorlog in Congo hebben de Lendu en de Hema echter ook de beschikking over modern wapentuig.