Ethiopische leger begaat tal van wreedheden
De Ethiopische strijdkrachten schenden op grote schaal de mensenrechten in het zuidwesten van het land. Dat meldde Human Rights Watch (HRW) donderdag.
In de afgelegen regio Gambella wordt door het leger sinds eind 2003 gemoord, verkracht en gefolterd, aldus de mensenrechtenorganisatie. Vooral het Anuak-volk is het slachtoffer. In Gambella heerst „een klimaat van straffeloosheid” en „terroriseren” soldaten hele Anuak-gemeenschappen tijdens hun patrouilles, schrijft HRW.
De crisis begon op 13 december 2003 toen een regeringsvoertuig werd overvallen door vermeende Anuak-bandieten. In de regionale hoofdstad gingen militairen en opgewonden burgers daarna zo tekeer dat 424 mensen omkwamen, vooral Anuaks. Meer dan 400 huizen werden platgebrand. Tot die tijd had het leger zich buiten de frequente etnische conflicten in Gambella gehouden.
Na deze uitbarsting zijn volgens HRW nog zeker honderd mensen gedood en hele dorpen van Anuaks platgebrand. Zes militairen zijn opgepakt voor het plegen van wreedheden, meldde de regering.