Pakistan erkent inzet VS-militairen
Amerikaanse eenheden helpen het Pakistaanse leger in de strijd tegen al-Qaida en Taliban in de wetteloze noordelijke gebieden aan de grens met Afghanistan, zo hebben Pakistaanse zegslieden vrijdag gezegd.
Drie functionarissen bevestigden anoniem een bericht in de krant Nation, waarin een hoge generaal zegt dat een kleine eenheid helpt bij het vinden van medestanders van Osama bin Laden. Donderdag meldde de krant Washington Post al dat Amerikaanse commando’s incidenteel vanuit Afghanistan acties hebben uitgevoerd in de noordwestelijke grensprovincie in Pakistan.
De provincie is het toevluchtsoord geworden voor strijders van de Taliban en al-Qaida die door de geallieerde offensieven in Afghanistan van hun schuilplaatsen worden beroofd.
Vier hoge Amerikaanse zegslieden zeiden later donderdag dat het Pentagon los van de commandoacties bezig is met de voorbereidingen voor het sturen van een grotere eenheid. Volgens een zegsman zal de eenheid ingezet worden zodra commando’s eenheden of strijders van al-Qaida in Pakistan hebben ontdekt.
Washington en Islamabad zouden al enkele weken terug overeenstemming hebben bereikt over de manier waarop de eenheid wordt ingezet. Het is niet duidelijk of de VS ook luchtaanvallen binnen Pakistan zullen mogen uitvoeren als geschikte doelen met strijders van al-Qaida of hun voorraden worden gevonden.
Het poreuze grensgebied tussen Pakistan en Afghanistan, dat na de Sovjetbezetting van Afghanistan volstroomde met honderdduizenden vluchtelingen, is de bakermat van de Taliban, de religieuze beweging die halverwege de jaren ’90 de macht veroverde in Afghanistan en het land openstelde voor Bin Laden en zijn al-Qaida-beweging.
Mede door de slechte economische situatie in Pakistan en het ontbreken van voorzieningen raakten in de jaren ’80 en ’90 zowel de ontheemde Afghanen als de oorspronkelijke tribale bewoners van de regio in de ban van radicale islambewegingen zoals Taliban en vergelijkbare Pakistaanse organisaties. Stammen en bewoners van de gebieden waren dan ook fel tegen het Amerikaanse optreden in Afghanistan en protesteren soms met geweld tegen de Pakistaanse steun voor de campagne. Ook in de rest van het land bestaat verzet tegen het beleid van president Pervez Musharraf, maar massademonstraties zijn tot nu toe uitgebleven.
Musharraf loopt met de beslissing de Amerikanen toe te laten wel een groot politiek risico, omdat hij de bevolking volgende week in een referendum vraagt in te stemmen met verlenging van zijn ambtstermijn met nog eens vijf jaar.
Woordvoerder Aziz Ahmad Khan van het ministerie van Buitenlandse Zaken verklaarde vrijdag dat „geen enkele Amerikaan” op Pakistaanse bodem aan de zoektocht naar al-Qaida deelneemt.
De hoofdwoordvoerder van Musharraf, generaal Rashid Quereshi, erkende echter in de krant Nation dat „een klein aantal” Amerikaanse specialisten op het gebied van inlichtingen en communicatie de Pakistaanse eenheden bijstaat. Volgens de krant komen er binnen een maand nog meer Amerikanen naar Pakistan.
Een zegsman van de inlichtingendienst verklaarde dat de extra aandacht voor de grensgebieden is ingegeven door de melding dat Abu Zubaydah, een van de naaste medewerkers van Osama bin Laden, telefoongesprekken voerde met mensen in de stamgebieden. Zubaydah werd eind maart in een gecombineerde Amerikaans-Pakistaanse operatie opgepakt.