Twee sikhs vrijgesproken voor bomaanslag 1985
Een rechtbank in Canada heeft woensdag twee sikhs vrijgesproken die terechtstonden voor een bomaanslag op een Boeing van Air India in 1985. Door de aanslag voor de kust van Ierland vielen 329 doden.
De verdachten, Ripudaman Singh Malik en Ajaib Singh Bagri, waren aangeklaagd voor moord en samenzwering. Op beide punten zijn ze vrijgesproken. Het proces tegen de twee mannen heeft negentien maanden geduurd.
De uitspraak volgde op een onderzoek van twintig jaar naar ’s werelds grootste terroristische aanslag in de lucht voor die van 11 september 2001 in de Verenigde Staten. Rechter Ian Bruce Josephson achtte de schuld van Malik en Bagri niet overtuigend bewezen. „Het bewijs is opmerkelijk ontoereikend", zei hij bij het vrijspreken van Malik.
Volgens de aanklagers hebben de sikhs op Vancouver Island bomkoffers gemaakt, tickets gekocht en vervolgens de explosieven aan boord gebracht van twee vluchten die aansloten op die van Air India. Een uur voordat de bom in de lucht afging, was de andere ontploft op de Japanse luchthaven Narita tijdens het overhevelen van de bagage naar een toestel van Air India. Twee bagagemedewerkers kwamen daardoor om het leven. Ook voor die aanslag stonden de twee terecht.
Tijdens het proces betoogden de aanklagers dat de miljonair Malik en arbeider Bagri behoorden tot een radicale sikh-groepering. Die zou India willen straffen voor zijn optreden tegen sikhs in het begin van de jaren tachtig en voor de aanval van het leger op de Gouden Tempel van de sikhs in Amritsar.