Vaak dronken schippers aan roer
Een dronken kapitein op een gastanker komt niet vaak voor. „Niet wekelijks, wel geregeld, bekeuren we een schipper die te veel op heeft; de recreatie- en binnenvaart meegerekend. Een dronken kapitien op een zeetanker met een lading propaangas aan boord, komt niet zo vaak voor", aldus een woordvoerder van het Korps Landelijke Politiediensten.
De beschonken Noorse kapitein op een gastanker op de Westerschelde die maandagmorgen tegen de lamp liep, had een alcoholpromillage van 0,97. Het maximaal toegestane op schepen is 0,8.
De man was plotseling onwel geworden en raakte zelfs buiten bewustzijn. De loods die aan boord was om de kapitein te adviseren bij zijn vaart over de Westerschelde naar Vlissingen, sloeg alarm. Ambulancepersoneel kwam aan boord om assistentie te verlenen. Pas na onderzoek bleek dat sprake was van overmatig drankgebruik. Daarop werd de waterpolitie gewaarschuwd voor een blaastest.
De ademtesten op het 200 meter lange zeeschip gaven aan dat de 45-jarige kapitein te veel alcohol op had. Eenmaal op het politiebureau bleek bij de ademanalyse dat het promillage te hoog was. De rederij heeft de kapitein vervolgens laten aflossen.
De waterpolitie houdt geregeld alcoholcontroles. „Alleen dan valt het aantal dat te veel gedronken heeft altijd mee. Meestal wordt een beschonken schipper ontdekt door opvallend vaargedrag of andere schippers waarschuwen dat een collega aan de marifoon beschonken klinkt en zoals in dit geval een waarschuwende loods”, zegt de KLPD-woordvoerder. Bij aanvaringen vindt standaard een blaastest plaats.
Het maximaal toegestane alcoholpromillage op het water is hoger dan op de weg, waar het maximum 0,5. „Sinds vijf of zes jaar is dit verschil in de wet opgenomen. Buiten Nederland gold al een maximum alcoholpromillage op het water van 0,8 en ook is er rekening mee gehouden dat op het water een minder snelle reactiesnelheid is vereist”.