Hetzelfde persbureau berichtte zaterdag dat nog eens 500.000 andere mensen die op het platteland rond Peking wonen, eveneens moeten verkassen. Zij moeten binnen een niet vermeldde termijn plaatsmaken voor bomen of struiken die het ontstaan van zandstormen in deze regio moeten verminderen. Peking ondervindt jaarlijks veel last van zandstormen, deels het gevolg van menselijk ingrijpen in de natuur.

De Chinese metropool telt momenteel circa 15 miljoen inwoners. In 2020 zal dat aantal zijn opgelopen tot 18 miljoen. De mensen die tot 2020 moeten verkassen zijn vooral de inwoners van de zuidelijke stadsdelen, die gelden als verarmd. De half miljoen betrokkenen moet nu in „nieuwe satellietsteden" ten oosten en westen van Peking gaan wonen. In totaal zullen er elf van dergelijke steden komen. De inwoners van het platteland rond Peking zullen hun heil moeten gaan zoeken in andere landbouwregio’s.

De verplichte verplaatsing van burgers is niet ongewoon in China. In het centrum van Peking zijn ook grote delen van de oudere stadswijken, de hutongs, afgebroken zonder dat de bewoners daarvan tijdig op de hoogte waren gesteld. Zij moesten simpelweg omzien naar een andere woonplaats, veelal zonder enige vorm van (financiële) compensatie.

Juist zaterdag werd ook bekend dat intussen bijna een miljoen Chinezen hun huizen hebben moeten verlaten wegens de bouw van de Drieklovendam in de Yangtze–rivier. In totaal moeten 1,2 miljoen mensen naar een ander huis uitzien voor de aanleg van ’s werelds grootste waterkrachtcentrale. Die is in 2009 afgebouwd.