In zijn woonplaats Lima is dinsdag de Peruaanse rooms-katholieke oud-priester Gustavo Gutiérrez (96) overleden. Gutiérrez wordt beschouwd als de grondlegger van de zogenoemde bevrijdingstheologie.
”Theologie van de bevrijding: Geschiedenis, politiek en verlossing”, Gutiérrez’ program, verscheen in 1971 en werd door tal van rooms-katholieken en protestanten over de gehele wereld omarmd.
Basisgedachte van de bevrijdingstheologie is dat God de kant van de armen en verdrukten kiest en dat ook gelovigen moeten streven naar structuren waarin sociale gerechtigheid triomfeert. Door deze aandacht voor andere structuren verdwijnt de nadruk op persoonlijke verzoening met God en bekering naar de achtergrond.
„Gutiérrez en zijn medestrijders”, aldus een In Memoriam op EvangélicoDigital, „lieten van zich horen in een periode waarin Latijns-Amerika werd verdeeld door ongelijkheid die de huidige nog overtrof. In de jaren 60 en 70 hadden in veel Latijns-Amerikaanse landen militairen de macht overgenomen. Vervolgens namen de aanhangers van de bevrijdingstheologie actief deel aan het verzet tegen deze dictaturen.”
Tot de bekendste medestanders van Gutiérrez behoorden Leonardo Boff, José Míguez Bonino en Ernesto Cardenal.