Kroatië werkt niet mee met Joegoslavië–Tribunaal
Kroatië werkt nog steeds niet voldoende mee met het Joegoslavië–Tribunaal. Dit heeft de hoofdaanklaagster van het tribunaal, Carla Del Ponte, overgebracht aan EU–voorzitter Luxemburg zo berichtte het Franse persbureau AFP op basis van een brief van Del Ponte.
De Europese Unie zou 17 maart toetredingsonderhandelingen met Zagreb beginnen op voorwaarde dat Kroatië meewerkt met het tribunaal, met name bij de opsporing en uitlevering van de voormalige Kroatische generaal Ante Gotovina.
Del Ponte, heeft volgens de woensdageditie van de Frankfurter Allgemeinen Zeitung Kroatië ervan beschuldigd het werk van het Joegoslavië–Tribunaal met alle mogelijke middelen te hebben gehinderd. Kroatië zou met omvangrijke acties van zijn geheime dienst pogingen van het tribunaal om de voortvluchtige generaal Gotovina te vinden, doelbewust hebben gesaboteerd, zeker tot maart vorig jaar maar waarschijnlijk langer.
De al circa vier jaar ondergedoken generaal Ante Gotovina is in Kroatië een held uit de afscheidingsoorlog (1991–1995) maar het Joegoslavië–Tribunaal beschuldigt hem sinds 2001 van oorlogsmisdaden en eist zijn uitlevering. De Kroatische regering stelt al jaren dat Gotovina niet in Kroatië te vinden is, maar dat ze alles onderneemt om hem op te sporen. Recent beloofden Kroatische leiders hem voor 17 maart op te sporen.
Del Ponte heeft de EU laten weten dat ze niet kan verklaren dat Kroatië volledig meewerkt totdat Gotovina naar Den Haag is overgebracht. Hij is volgens haar binnen „het bereik van de Kroatische autoriteiten."
Del Ponte is woensdag in Sarajevo aangekomen voor de inauguratie van een speciale rechtbankkamer voor oorlogsmisdaden in Bosnië–Herzegovina.
Die moet het werk van het Joegoslavië–Tribunaal verlichten. De geldschieters van het tribunaal zijn steeds terughoudender met het betalen van de rekeningen en willen dat het in 2010 zijn deuren heeft gesloten.
De raadslieden van vier beklaagden die al enkele jaren in Scheveningen gevangen zitten, hebben afgelopen week in hoorzittingen juridisch gehakt gemaakt van plannen om deze lopende zaken plotseling over te hevelen naar een ander tribunaal in een ander land.
De vier al of niet Bosnische Serviërs hadden zich vrijwillig overgeven aan het Joegoslavië–Tribunaal omdat ze daar op een eerlijk proces rekenden. Dat is in Sarajevo niet mogelijk volgens de raadslieden die onder meer betoogden dat het Joegslavië–Tribunaal zijn eigen beklaagden naar internationaal gebruik niet naar believen nog een keer mag uitleveren aan derden.
