Coalitie wil verder met noodwet asiel, oppositieplan sneuvelt
De coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB gaat door met het traject voor noodwetgeving op het gebied van asiel. Een plan van de oppositie om te kiezen voor spoedwetgeving in plaats van noodwetgeving haalde het niet: 56 Kamerleden waren voor, 90 waren tegen.
Als het kabinet doorgaat met noodwetgeving, kan het parlement gepasseerd worden. Pas na uiterlijk drie maanden kunnen de Tweede en Eerste Kamer dan debatteren over plannen, terwijl die dan al wel van kracht zijn. Daarom wilden oppositiepartijen dat het kabinet zou gaan voor spoedwetgeving: dat is volgens hen even snel, maar mét instemming vooraf van het parlement.
Het thema beheerste de Algemene Politieke Beschouwingen. Vooral coalitiepartij NSC werd er hard op aangevallen. Waarnemend fractievoorzitter Nicolien van Vroonhoven legde donderdag opnieuw uit eerst te willen kijken of noodwetgeving mogelijk is. Zij maakte hier wel direct de kanttekening bij daar een „hard hoofd” in te hebben, en te verwachten dat het plan zou sneuvelen in de ministerraad. Daar moet een „dragende motivatie” worden gevonden voor de noodzaak om met noodwetgeving te komen. Maar uit stukken die donderdag naar de Kamer werden gestuurd, bleek dat ambtenaren daar geen enkel vertrouwen in hebben.
De coalitie zal dus voorlopig het traject voor noodwetgeving niet gaan blokkeren. Toch klonk niet alleen bij NSC maar ook bij de VVD ongemak. Partijleider Dilan Yeşilgöz drukte premier Dick Schoof op het hart dat het kabinet wel met „deugdelijke” wetten moest aankomen. De VVD-leider wilde bovendien dat Schoof tegelijkertijd zou werken aan spoedwetgeving, voor het geval de noodwetgeving sneuvelt. Ook Van Vroonhoven verzekerde de oppositie dat het kabinet „zo snel mogelijk” met alternatieven komt als de noodwet het niet haalt.
PVV-leider Geert Wilders wees dan weer de optie van spoedwetgeving resoluut van de hand. In de formatie is afgesproken dat het kabinet met noodwetgeving komt, en daar wil hij zijn coalitiepartners aan houden. Wel bood hij voorzichtig ruimte aan het kabinet om met een andere afweging te komen. „Daar ga ik niet over, het kabinet maakt zijn eigen keuzes.”