Op 1 augustus stuurde Johansson een eerste brief met vragen aan Hongarije over dit besluit en waarin zij ook haar zorgen hierover kenbaar maakte. Hongarije heeft die vragen inmiddels beantwoord. Die worden nu bestudeerd, zei Johansson woensdag. Toch is al een nieuwe brief verstuurd, met twee prangende vragen, zoals de Eurocommissaris dat noemde.

Kort gezegd komt de eerste vraag erop neer wat Hongarije bezielt om mensen uit Rusland en Belarus een werkvisum te geven, terwijl beide landen „vijanden van de Europese Unie zijn”. Rusland vormt bovendien een bedreiging voor de veiligheid, de democratie en de Europese Unie, voegde ze daaraan toe. Ze gaf een aantal voorbeelden van Russische spionage en sabotage in Europese landen.

Voor alle lidstaten van de Europese Unie is het daarmee des te belangrijker veiligheidsrisico’s te voorkomen, benadrukte de Eurocommissaris. In plaats van inwoners uit Rusland via een werkvisum toegang tot het Schengengebied te geven, is juist extra „waakzaamheid geboden”. Het argument van Hongarije dat het land de mensen hard nodig heeft door tekorten op de arbeidsmarkt, gaat er bij de Europese Commissie niet in, voegde ze daaraan toe. Elke EU-lidstaat heeft dat.

De Europese Commissie wil ook weten waarom Russen en inwoners uit Belarus bij hun aanvraag voor hun werkvergunning op dezelfde manier worden gescreend als mensen van andere nationaliteiten. Onbegrijpelijk, vindt Johansson, gezien het „verhoogde risico”.