Zelf stelt Wennink dat VDL zich de afgelopen decennia heeft ontwikkeld tot een „technologieleverancier van formaat”. „Ook de komende decennia zal een groot beroep worden gedaan op de competenties van VDL, en daar een bijdrage aan kunnen leveren heeft mij zeer gemotiveerd om toe te treden tot de raad van commissarissen.”

Wennink werkte decennialang bij ASML, dat zijn hoofdkwartier in het naburige Veldhoven heeft. In 2013 werd hij er bestuursvoorzitter. In de jaren die volgden groeide ASML hard, als belangrijke schakel in het productieproces voor chips. In zijn laatste maanden als topman was Wennink openlijk kritisch over de Nederlandse politiek, die te weinig oog zou hebben voor het vestigingsklimaat voor strategisch belangrijke techbedrijven.

VDL is onder meer bekend als het moederbedrijf van VDL Nedcar. Die autofabriek in het Limburgse Born ontsloeg nog niet zo lang geleden duizenden mensen, nadat VDL geen nieuwe grote klant had kunnen vinden voor de assemblage van auto’s. Omdat de oude opdrachtgever BMW het contract met VDL Nedcar opzegde, was er voor hen geen werk meer.

Het in 1953 opgerichte industrieconcern omvat in totaal meer dan honderd werkmaatschappijen, elk met een eigen specialisme. Zo maakt VDL ook bussen en machines voor de voedselverwerkende industrie. Er werken ruim 14.000 mensen en het bedrijf is actief in twintig landen. De gecombineerde jaaromzet bedroeg vorig jaar bijna 6,4 miljard euro.