De Spaanse voorzitters noemden het reslutaat „een actieplan” dat vaart moet zetten achter de integratie van Middellandse Zee-landen, die in 1995 in Barcelona afspraken om verregaande samenwerking te bewerkstelligen.

De afgevaardigden in Valencia bevestigden hun voornemen om voor 2010 tot een vrijhandelszone te komen. De landen willen hun energienetwerken en communicatie- en transportmiddelen op elkaar afstemmen. Voorts moet meer geld komen om te investeren in betrokken armere landen via een nieuw op te richten tak van de Europese Ontwikkelingsbank. De conferentie stelt ook een fonds voor ten behoeve van culturele en intellectuele uitwisselingen.

De Spaanse minister Piqué (Buitenlandse Zaken) zei dat de conferentie pleit voor de oprichting van een vergaderlichaam van parlementariërs uit de betrokken de landen. Ook moeten er andere middelen komen om politieke samenwerking en overleg te bevorderen. ’Het terrorisme’ kwam in Valencia ook ter sprake.

Het was maandag en dinsdag de vijfde conferentie om ’het proces van Barcelona’ voort te stuwen. De bijeenkomst werd overschaduwd door het conflict tussen de joodse staat en de Arabieren. De ministers van Buitenlandse Zaken van twee mediterrane landen, Libanon en Syrië, waren uit protest tegen de Israëlische aanwezigheid niet komen opdagen. In de conclusies stellen de deelnemers zich in te zetten voor een vreedzame oplossing van het conflict in het Midden-Oosten.

Arabische ministers liepen maandag uit de vergaderzaal toen de Israëlische onderminister Melchior het woord kreeg. De Palestijnse afgevaardigde Shaat wijdde woensdag uit over de oorlogsmisdaden in de bezette gebieden.

De Palestijnse Autoriteit bestuurt formeel autonome enclaves zoals de Gazastrook, die bijna veertig kilometer Middellandse Zeekust heeft. Een belangrijk deel van die kust is evenwel in handen van joodse kolonisten.

Naast de EU en de Palestijnse Autoriteit zijn Algerije, Cyprus, Egypte, Israël, Jordanië, Libanon, Malta, Marokko, Syrië, Tunesië en Turkije deelnemers in het „proces van Barcelona”. Libië is er vooralsnog enkel als waarnemer bij betrokken. Van de volledige partners van deze club heeft alleen Syrië nog geen associatieverdrag met de EU getekend.