Orbáns partij blijft grootste in Hongarije, maar slinkt
De Fidesz Partij van premier Viktor Orbán in Hongarije staat met 90 procent van de stemmen geteld op winst in de verkiezingen voor het Europees Parlement. De 44 procent die de partij tot nu toe haalde, zou wel het slechtste resultaat betekenen voor Fidesz in nationale of Europese verkiezingen in bijna twintig jaar. In 2019 behaalde de partij nog 52,5 procent van de stemmen.
Oppositiepartij Tisza van Péter Magyar eindigde op de tweede plaats met 30 procent van de stemmen, een betere uitslag dan was voorspeld. Magyar reageerde zondagavond opgetogen op de uitslag. „Het is nu duidelijk dat dit het Waterloo is van Orbáns machtsfabriek, het begin van het einde”, zei hij tegen supporters.
Volgens Orbán hebben zijn landgenoten zondag „duidelijk laten weten dat zij vrede willen.” De premier is een bondgenoot van Rusland en uit geregeld kritiek op Brussel over Europese militaire hulp aan Oekraïne.
De opkomst bij de Europese parlementsverkiezingen in Hongarije was hoog: 60 procent wist de stembus te vinden, meer dan ooit in het land.