Waarom het nog een paar dagen spannend blijft voor CU en SGP
Voor de kleine christelijke partijen blijft het nog even spannend of zij hun zetel in het Europees Parlement behouden.
In de definitieve exitpoll van Ipsos I&O, in opdracht van de NOS, staat de SGP op één zetel en verliest de ChristenUnie haar zetel in het Europarlement. Maar zolang elders in de EU nog wordt gestemd –de laatste stembussen sluiten zondagavond 23.00 uur in Italië– mogen gemeenten geen uitslagen bekendmaken. Het zal dan ook op z’n vroegst zondagavond laat zijn wanneer duidelijk is of Bert-Jan Ruissen (SGP) en Anja Haga (CU) door kunnen voor een nieuwe termijn in Brussel.
CU en SGP deden jarenlang gezamenlijk mee aan de Europese verkiezingen en haalden de afgelopen decennia steeds twee zetels. Dit keer deden de partijen echter zelfstandig mee aan de verkiezingen; de CU wilde geen combilijst, tot teleurstelling van de SGP.
Ruissen wil nog een slag om de arm houden bij het lonkende zetelbehoud in de exitpoll. „Maar we zijn heel blij dat we zelfstandig een zetel lijken te gaan bemachtigen, ook gelet op het feit dat de opkomst bij deze verkiezingen veel hoger lag dan de vorig keer.”
„Het is nog even spannend, zondag weten we het definitief”, schrijft CU’er Haga op X. „Aan de inzet van al die fantastische kandidaten en vrijwilligers ligt het zeker niet, ik dank hen uit de grond van mijn hart.”
Stembureaus
Voor de exitpoll selecteerde Ipsos I&O 35 stembureaus verspreid over Nederland. De organisatie spreekt van een „ schaduwverkiezing ”. Kiezers die het stembureau verlaten, krijgen de vraag of zij nogmaals willen ‘stemmen’.
Voor de exitpoll bij deze verkiezingen geldt een foutmarge van één zetel. Het is dan ook mogelijk dat de SGP op nul zetels eindigt, en de ChristenUnie op één.
Om een zetel te behalen, moeten partijen minimaal het aantal stemmen dat nodig is voor één volle zetel halen, de zogeheten kiesdeler. De eerste zetel mag dus geen restzetel zijn. Nederland krijgt in de nieuwe samenstelling van het Europees Parlement 31 van de 720 zetels. Om één van die 31 zetels te mogen innemen, is 3,23 procent van de stemmen nodig. In de cijfers van Ipsos I&O staat de SGP op 3,4 procent en de CU op 2,7 procent.
Verder ging volgens de definitieve exitpoll 46,8 procent van de stemgerechtigden naar de stembus, fors meer dan bij eerdere EP-verkiezingen. Is de opkomst inderdaad een kleine 47 procent, dan zijn er relatief veel stemmen nodig om aan de 3,23 procent te komen: circa 200.000. Bij dezelfde opkomst als in 2019 zouden ruim 180.000 stemmen voldoende zijn geweest.
„We zijn heel blij dat we zelfstandig een zetel lijken te gaan bemachtigen, ook gelet op het feit dat de opkomst bij deze verkiezingen veel hoger lag dan de vorige keer.” - Bert-Jan Ruissen, lijsttrekker SGP
Thuisblijvers
Volgens het verkiezingsonderzoek van Ipsos, in opdracht van de NOS, koos 66 procent van de SGP-stemmers in november nu opnieuw voor de partij en bleef 29 procent thuis. Van het aantal stemmen dat dit keer is behaald, zou 10 procent afkomstig zijn van voormalige NSC-stemmers en 9 procent van kiezers die in november nog op de ChristenUnie stemden.
Bij die partij zou 54 procent van de kiezers uit november zijn teruggekomen. 10 procent zou naar GroenLinks-PvdA zijn gegaan, 9 procent naar het CDA en 8 procent naar de SGP. Volgens het onderzoek bleef 10 procent thuis. Van het stemmenaantal bij de huidige verkiezingen zou 3 procent afkomstig zijn van NSC en 2 procent van zowel PVV, GL-PvdA als SGP.