Kerk & religieLeegloop

Ongelovige Zwitser betaalt trouw kerkbelasting

Een steeds groter wordende groep Zwitsers zegt het christelijk geloof vaarwel. Toch blijft een deel van hen trouw de kerkbelasting betalen. „Ze lijken de kerk niet meer nodig te hebben voor religieuze verlangens, maar zijn wel van mening dat de kerk wat goeds doet”, zegt de Zwitserse hoogleraar René Pahud de Mortanges.

6 June 2024 07:31
De Sint- Petrus-en-Pauluskerk in Bern, Zwitserland. beeld EPA, Peter Klaunzer
De Sint- Petrus-en-Pauluskerk in Bern, Zwitserland. beeld EPA, Peter Klaunzer

Lijntjes met Nederland –zijn geboorteland– zijn er veel. Prof. dr. Pahud de Mortanges verhuisde op zesjarige leeftijd met zijn ouders naar Zwitserland. „In de jaren 60 zijn er veel Nederlanders daarnaartoe verhuisd”, licht hij toe in de aula van de Theologische Universiteit Utrecht. De hoogleraar rechtsgeschiedenis en kerkrecht aan Fribourg University is op uitnodiging van de instelling in de Domstad.

Prof. dr. Pahud de Mortanges, hoogleraar rechtsgeschiedenis en kerkrecht aan Fribourg University in Zwitserland.

Toen de familie Pahud de Mortanges in het Alpenland arriveerde, behoorde zo ongeveer elke Zwitser tot een christelijke kerk. In de jaren die volgden, tekende zich een ware neergang af. Waar in 1970 nog 95 procent van de bevolking lid van de Rooms-Katholieke Kerk (RKK) of lid van een kantonnale protestantse kerk was, is dat tegenwoordig nog maar 50 procent, stelt Pahud de Mortanges. Daarvan is zo’n drie vijfde rooms-katholiek en twee vijfde protestants.

De groep die praktiserend christen is en op zondag naar de kerk gaat, is ook nog eens vrij klein, weet de Zwitser, zelf lid van een kantonnale protestantse kerk. „Van de mensen die nog wel lid zijn van de kerk, houdt een deel het lidmaatschap vooral aan omdat de kerk in hun ogen wat goeds doet. Die mensen handelen dus niet uit religieuze behoefte, maar ze waarderen het sociaal-maatschappelijk werk van de kerk. Wat dat betreft zouden ze haast net zo goed een ngo kunnen steunen.”

Het overige religieuze deel van de bevolking behoort tot een brede groep van kleine geloofsgemeenschappen, zoals boeddhisten en hindoes, maar ook de vrije kerken. Dat zijn protestantse kerken zonder een bijzondere verhouding met de overheid, zoals de RKK of de kantonnale protestantse kerken die wel hebben. Ongeveer 5 procent van de bevolking in Zwitserland is moslim.

„In een stad als Genève of Basel is meer dan 50 procent geen lid meer van een geloofsgemeenschap” - Prof. dr. Pahud de Mortanges, hoogleraar

De sterkst groeiende groep vormen de Zwitsers die zich beschrijven als niet-religieus, zegt Pahud de Mortanges. „Neem een stad als Genève of Basel. Daar is meer dan 50 procent geen lid meer van een geloofsgemeenschap. Landelijk gezien gaat dat om 20 tot 30 procent. Op het platteland is over het algemeen de leefwijze wat behoudender. Daar zijn tradities en lidmaatschap van de kerk nog belangrijker.”

Een steeds groter deel van de Zwitserse bevolking is dus niet langer kerkelijk. Welke gevolgen heeft dat voor de kerken?

„De kerken worden steeds vaker geconfronteerd met de vraag of ze diensten willen aanbieden voor mensen buiten hun eigen ledenkring. Het komt voor dat een familie van buiten de kerk bij het overlijden van een dierbare wel een rouwdienst wil, maar dan mag er niet over God gesproken worden. Er is discussie of de kerk daaraan wel mee moet werken en of daardoor de boodschap niet verwatert.”

Daarnaast komt de kerk als institutie onder druk te staan, legt Pahud de Mortanges uit. Iedereen die lid is van een kantonnaal erkende kerk, betaalt daarvoor belasting. „De mensen die uittreden, betalen geen kerkbelasting meer. De financiële situatie voor de kerken wordt dus moeilijker. Hoe meer de bevolking seculariseert, hoe meer dat systeem onder druk komt te staan.”

Gaan er ook stemmen op om die kerkbelasting helemaal af te schaffen?

„Niet helemaal, maar wel wat betreft de kerkbelasting die bedrijven moeten betalen. Dat is een kantonnale kwestie en de afgelopen twee jaar waren er in minstens zes kantonnale parlementen initiatieven om die belasting af te schaffen. Toch is het nog niet zo ver gekomen. In veel parlementen hebben de parlementariërs nog steeds een verbondenheid met de kerk, of misschien zelfs een positie binnen de kerk.

De kritiek op deze vorm van kerkbelasting komt uit rechts-liberale hoek, terwijl de linkse, socialistische partijen juist zeer goed kunnen omgaan met het systeem. Ze beseffen dat ook de kerken zich inzetten voor de maatschappij en dat ze daarvoor geld van de kerkbelasting nodig hebben.”

Een kerktorenspits steekt boven de groene velden uit in Farvagny-le-Grand, West-Zwitserland. beeld AFP, Fabrice Coffrini

Hoe groot zijn de gevolgen voor de kerken als de kerkbelasting voor bedrijven wordt afgeschaft?

„Sommige kerken leunen voor het grootste deel van de financiën op deze inkomsten. Verdwijnen die, dan zullen zij een deel van hun sociaal-maatschappelijk werk in het algemeen belang niet meer kunnen verrichten. Je moet dan denken aan de begeleiding van echtparen die in scheiding liggen, kinderopvang en werk voor vluchtelingen. Vooral dat laatste is vrij zichtbaar.

Het voortbestaan van de kerken zal niet in gevaar komen, maar ze zouden zich dan meer moeten beperken tot binnenkerkelijke activiteiten. Er is trouwens de nodige kritiek op de vele sociale bezigheden van kerken. Sommigen zijn van mening dat die inmiddels vooral ngo-werk doen, en vragen zich af wat de kerken nog aan hun interne missie doen. Zouden ze zich niet meer moeten richten op het behoud van de eigen leden?”

„Als alle bedrijven kerkbelasting moeten betalen, geldt dat bijvoorbeeld ook voor een kebabbedrijf van twee islamitische broers” - Prof. dr. Pahud de Mortanges, hoogleraar

Ook leidt deze specifieke vorm van belasting tot vreemde situaties, schetst de hoogleraar. Als alle bedrijven kerkbelasting moeten betalen, geldt dat bijvoorbeeld ook voor een kebabbedrijf van twee islamitische broers, dat zo moet bijdragen aan de instandhouding van kerken. Verder profiteert slechts een beperkt aantal religieuze groepen hiervan: de RKK, de kantonnale gereformeerde kerken en in sommige kantons ook de Oud-Katholieke Kerk en joodse gemeenschappen.

Is er daarmee geen sprake van religieuze ongelijkheid?

„Ja, dat is een vorm van ongelijkheid. Als je als religieuze groep van dit systeem wilt profiteren, moet die kantonnaal erkend zijn. Het is echter een moeizaam proces om deze juridische status te krijgen; het systeem is redelijk gesloten. Dat impliceert een vorm van structurele discriminatie voor hen die deze status niet krijgen.

Naast de grote islamitische minderheid, worden ook christenen hierdoor geraakt. Zoals de vrije kerken, waarvan zich een flink aantal bevindt in het kanton Bern. Een aantal van deze kerken heeft enkele jaren geleden een verbond gevormd om kantonnale erkenning te krijgen, maar tot dusver is die aanvraag vooruitgeschoven. Daarnaast is er een kleine groep oosters-orthodoxen die eveneens in aanmerking zou komen voor erkenning.”

En hoe valt het in de islamitische gemeenschap?

„Die bestaat uit verschillende groepen, waarvan een aantal kantonnale erkenning wil hebben. Maar ze hebben politiek geen lobbygroep. Zeker 60 procent van de moslims heeft niet de Zwitserse nationaliteit. Op die manier zijn ze niet vertegenwoordigd in het politieke systeem. En er zijn heel weinig parlementsleden met een islamitische achtergrond.

Als politicus in Zwitserland raak je in het algemeen het thema religie liever niet aan. Dat is zeer sterk iets van je privéleven en niet iets waarover je in het openbaar praat. Dat heeft te maken met de Zwitserse geschiedenis van de 19e eeuw, waarin grote conflicten waren tussen protestanten en rooms-katholieken. Dat was een periode van grote onrust. Sindsdien willen politici hun vingers niet aan religie branden. Dus zul je niet zo snel politici vinden die zich sterk maken voor de belangen van religieuze minderheden.”

„Een deel van de Zwitserse bevolking is bij vlagen redelijk islamofoob” - Prof. dr. Pahud de Mortanges, hoogleraar

Staat de situatie voor moslims in Zwitserland onder druk? Het land kent bijvoorbeeld niet alleen een boerkaverbod, maar ook een minarettenverbod.

„Een deel van de Zwitserse bevolking is bij vlagen redelijk islamofoob. Nu komt islamofobie weer sterk opzetten – enerzijds als gevolg van de publiciteit over de situatie van moslims in Frankrijk, anderzijds door de Gazaoorlog.

Het minarettenverbod is een eenzijdige beperking van de godsdienstvrijheid. Het is gericht op één bevolkingsgroep en heeft daardoor een discriminatoir effect. De grondwet had tot 2001 eenzijdige discriminerende bepalingen voor rooms-katholieken. Die zijn er allemaal uitgehaald. Nauwelijks was de laatste geschrapt, of er kwam een eenzijdige beperking voor moslims.

Voor het boerkaverbod ligt dat net wat anders. Dat is uitgevaardigd als een verhullingsverbod. Het is breder opgezet, dus ook hooligans mogen zich niet verhullend bedekken. Men heeft geleerd om het net wat minder discriminatoir te maken. Maar eigenlijk is het gericht op de boerka.”

De Petit-Saconnex moskee in Genève. beeld EPA, Salvatore Di Nolfi

Nog even over de kerkbelasting. Is het niet mogelijk voor religieuze groepen om kantonnale erkenning via een rechtsgang af te dwingen en zo ook te delen in de voordelen daarvan?

„Wat dan moet gebeuren, is dat in een kanton een islamitische groep of een andere geloofsgemeenschap een verzoek indient voor zo’n speciale status. En als dat dan expliciet wordt geweigerd, dan kun je naar de rechtbank stappen om te controleren of er daadwerkelijk sprake is van discriminatie.

Maar het kantonnaal bestuur speelt het handig. Die neemt een verzoek in ontvangst en legt dat vervolgens in de la en zegt dat bijvoorbeeld pas te behandelen na een observatieperiode van vijf jaar. In de hoop dat zo’n groep de interesse na zo’n periode heeft verloren.”

Wat vindt u persoonlijk van deze situatie?

„Een systeem dat geen rekening houdt met de religieuze verscheidenheid en slechts een deel van de geloofsgemeenschappen representeert, verliest zijn legitimiteit. Daarmee zal de politieke steun ervoor steeds zwakker worden. En dan kan het gebeuren dat ook de nu erkende kerken hun privileges zullen verliezen.”

De juridische status als erkende kerk brengt voor de RKK en de kantonnale gereformeerde kerken echter ook verplichtingen met zich mee, die privaatrechtelijk georganiseerde kerken niet hebben, zegt Pahud de Mortanges. Op die kerken is het publiekrecht van toepassing.

Welke gevolgen heeft dat?

„Dat leidt tot diverse vraagstukken, bijvoorbeeld als het gaat om gendergelijkheid en om non-discriminatie van minderheden. Dan draait het om de vraag: kan de Rooms-Katholieke Kerk in Zwitserland weigeren vrouwen als priester aan te stellen? Kantonnale gereformeerde kerken hebben sinds 1970 vrouwelijke predikanten, daar speelt die discussie niet.

Inmiddels bestaat er een actiegroep die een rooms-katholieke theologe steunt, die solliciteert naar de baan van priester. De kerk zal dat moeten afwijzen. De actiegroep kan dan naar het kantonnale gerechtshof stappen met de klacht dat dit ingaat tegen het recht op gelijke behandeling van man en vrouw.

De rechter kan de Rooms-Katholieke Kerk niet verplichten om een vrouw tot priester te wijden, maar de vraag is wel of de kerk dan haar speciale status onder het publiek recht kan behouden, met de bijbehorende privileges. Dat is een vraagstuk dat nu op het Zwitserse rechtssysteem afkomt.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer