B., die geen strafblad heeft en vanuit het Verenigd Koninkrijk voor zijn studie naar Nederland kwam, wilde tijdens de zitting niks zeggen over de gebeurtenissen. De verdachte is de eerste van de drie demonstranten die zich donderdag in een snelrechtzitting moeten verantwoorden bij de politierechter. Zijn advocaat wilde dat de zaak werd uitgesteld, omdat ze meer onderzoek wilde. De rechter ging hier niet in mee.

Doorgaans staat op vergelijkbare strafbare feiten een taakstraf, die bij geweld tegen politie twee keer zo hoog is, zei de officier. Maar volgens het OM doet dat in dit geval geen recht aan de ernst van de gebeurtenissen. Daarom vindt de officier een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend. „Een krachtig signaal is van belang. Deze wijze van het uiten van onvrede over het beleid van de UvA is volstrekt ontoelaatbaar”, zei de officier van justitie.

De advocaat van B. vroeg de rechter haar cliënt vrij te spreken. Volgens haar is er veel onduidelijk en is er onvoldoende bewijs dat hij de persoon was die gewelddadig was tegen de politie.

De rechter doet nog niet direct uitspraak, maar streeft ernaar dit aan het eind van de middag te doen als de andere twee zaken tegen UvA-demonstranten zijn behandeld.