Formerende partijen aan de slag met doorrekening CPB van plannen
PVV, VVD, NSC en BBB hebben vrijdag van het Centraal Planbureau (CPB) de doorrekening ontvangen van de plannen die ze op tafel hebben gelegd tijdens hun onderhandelingen, meldt een woordvoerster van de kabinetsformatie. Nu de financieel-economische gevolgen van de beoogde maatregelen zijn berekend, zullen de formerende partijen knopen moeten gaan doorhakken, zo kondigden de twee informateurs Elbert Dijkgraaf en Richard van Zwol onlangs aan.
Het formatieoverleg ligt ruim anderhalve week stil, ook in verband met het reces in de Tweede Kamer. Komende maandag zullen de vier partijen verdergaan met onderhandelen en vanaf dan moeten er echt besluiten worden genomen, zeiden de informateurs na hun laatste overleg op 24 april. Die in de woorden van de informateurs „finale week” is dan ook cruciaal, omdat duidelijk zal worden of er een hoofdlijnenakkoord mogelijk is of niet.
De informateurs zullen zich opstellen als „procesbegeleiders”, zegt hun zegsvrouw. De partijen „moeten elkaar gaan vinden” en besluiten nemen, met de varianten van het CPB in de hand.
Het thema asiel en migratie is een van de gevoelige onderwerpen tijdens de onderhandelingen. Ruim drie weken geleden liep PVV-leider Geert Wilders geërgerd weg van de onderhandelingstafel omdat hij ontevreden was met de voortgang op dit onderwerp. Ook over klimaat en financiën lopen de standpunten uiteen. Tijdens de informatiefase onder Ronald Plasterk was het NSC-leider Pieter Omtzigt die met het overleg stopte. Hij was onaangenaam verrast over mogelijke financiële tegenvallers die waren opgesomd door ministeries. De VVD hamert eveneens op gezonde overheidsfinanciën. Voor BBB is landbouw en stikstof een belangrijk onderwerp.
Omtzigt is vrijdag samen met een aantal fractiegenoten in het Tweede Kamergebouw, ondanks het reces. Daar hebben ze „de belangrijke politieke zaken” besproken, twittert hij naar aanleiding van berichtgeving van De Telegraaf daarover. „Daar hoort de formatie zeker bij.”
Uiterlijk 15 mei moeten de informateurs hun verslag inleveren bij de Tweede Kamer. Daarna volgt een debat.