Zoeken naar werk dat je niet leegzuigt
De ene werknemer begint en eindigt een lange werkdag fluitend. De ander raakt uitgeput van een halve dag. Een mogelijke oorzaak ligt in hoe gevoelig je bent voor prikkels. Twee vrouwen vertellen hoe ze als hooggevoeligen hun weg moesten zoeken in het werkende leven.
Ismay Hulst (18) uit Rouveen herinnert zich hoe ze was als kind. „Als ik thuiskwam uit de basisschool, sloot ik mezelf op in mijn kamer. Ik ben de oudste van vier kinderen en rolde vanuit de ene drukke, lawaaiige situatie in de andere. En toen ik wat ouder was en op vrijdagavond met vrienden bij elkaar kwam, ging ik altijd vroeg naar huis, naar mijn kamer. De drukte, de muziek en het gekwebbel trokken me leeg, zogezegd. Ik vond het wel gezellig, maar tot een bepaald moment en dan moest ik weg. Mijn vrienden konden dat moeilijk accepteren, zeker als ze me later die avond online zagen. „Je was toch moe? Waarom slaap je dan niet?” Daar ging het dus niet om. Omdat ik alles intens beleef en in me opneem, is veel alleen zijn pure noodzaak voor mij. Maar dat had ik toen nog niet in de gaten. Ik vond het zelf ook raar dat ik zo overgevoelig was. Ja, óvergevoelig. Pas nadat ik op mijn werk instortte, viel het kwartje.”
De Amerikaanse psycholoog Elaine Aron zorgde voor bekendheid van de term hoogsensitief persoon (hsp). Van haar boek, dat in 1996 uitkwam, werden 1 miljoen exemplaren verkocht. Veel mensen herkenden de kenmerken bij zichzelf of anderen: het sterk voelen en laten binnenkomen van prikkels en die vervolgens diepgaand verwerken. Hsp’ers zijn gevoelig voor fysieke sensaties zoals licht, geluid, smaak en geur en voor emotionele prikkels als sfeer en emoties van anderen.
In de decennia erna volgde wetenschappelijk onderzoek. Grote vraag was of hooggevoeligheid aangeboren dan wel aangeleerd is. Het laatste zou namelijk betekenen dat je er ook vanaf kunt komen. In 2014 publiceerde de Universiteit van Californië een baanbrekende studie, waar ook Aron bij betrokken was. Het onderzoek liet zien dat hoogsensitieve personen een aanzienlijk verhoogde activiteit vertonen in de hersengebieden die betrokken zijn bij aandacht, de relatie van het zelf tot de ander (empathie) en zelfbewustzijn. Behalve begrijpen wat de ander doormaakt, vóél je het ook. Hierdoor reageert de persoon in kwestie door een actie voor te bereiden. Troosten of te hulp schieten. Een hsp’er voelt een probleem aan, of iemand daar nu woorden aan geeft of niet. Neurologen en psychologen zijn het er inmiddels over eens dat hoogsensitiviteit bestaat én aangeboren is.
Ismay hoorde voor het eerst over hsp toen ze 12 jaar was. „Een leraar van me kwam ermee aan, omdat hij zag dat ik me vaak terugtrok en slecht tegen lawaai kon. Toen ik erover ging lezen, herkende ik mezelf er onmiddellijk in. Het aanvoelen van emoties en sfeer vooral. Maar ik schaamde me er nog voor. Ik wilde niet anders zijn dan anderen.” Geregeld maakte Ismay mee dat anderen schrikken of geïrriteerd raken als ze voelt dat er met hen iets aan de hand is en ernaar vraagt. Ismay: „Het is dan of ik iemand betrap, terwijl ik alleen maar wil helpen.”
„Veel hsp’ers krijgen te maken met negatieve reacties van collega’s en werkgevers” - Jan Stevens, trainer
Negatieve reacties
De Steven is een coachingsbureau waar mensen aankloppen voor adviezen, workshops en begeleiding op het gebied van leiderschap, carrière en persoonlijke ontwikkeling. Niets op de homepage verwijst naar hoogsensitiviteit. Toch zoeken er vrijwel dagelijks mensen contact over dit onderwerp. Misschien heeft het te maken met het boek ”HSP, label of labiel?” van oprichter en trainingsontwikkelaar Jan Stevens. „Het een volgde op het ander”, legt Stevens uit, „want ook voordat m’n boek uitkwam, kwamen er veel vragen binnen van hoogsensitieve mensen die vastliepen of worstelden met hun werk. Daarom besloot ik het boek te schrijven en dat trekt natuurlijk de aandacht van nog meer mensen.” Zelf hoogsensitief, snapt hij als geen ander waar hsp’ers tegen aanlopen. Toch heeft Stevens er moeite mee dat er gewichtig of zweverig over wordt gedaan. „Natuurlijk is het goed dat het verschijnsel is gedefinieerd”, zegt hij, „want dat je door anderen heen lijkt te kijken, energieën en sferen absorbeert die je emotioneel leegtrekken, is voor de meesten in eerste instantie een verwarrende ervaring. Bovendien krijgen veel hsp’ers te maken met negatieve reacties van collega’s en werkgevers.”
Daar kan Ismay over meepraten. Toen ze haar eerste bijbaan bemachtigde, achter de kassa van het zwembad, was ze in eerste instantie blij. Maar al snel sloeg de stress toe. Ismay: „Ik werkte op zaterdag en dan was het extreem druk. Ik moest niet alleen de lange rij voor de kassa wegwerken, maar ook de kantine achter mij in de gaten houden. Die kassahandelingen komen precies. Ik ging zweten en kreeg hartkloppingen, tot het zwart voor m’n ogen werd. Een collega haalde me achter de kassa weg. Ik was kwaad op mezelf dat ik de druk niet aankon. M’n baas heeft me ontslagen, want ik zou zeker last blijven houden van die black-outs, dat wist ik ook wel.”
„Op de redactie zat ik met twintig collega’s in een kantoortuin. Superonrustig, want iedereen was constant aan het bellen, overleggen of kletsen” - Gertrude Snoei, hoogsensitieve vrouw
Hyperventilatie
Gertrude Snoei (36) uit Poortvliet werkte jarenlang als schrijvend journalist in de groente- en fruitsector, tot ze voelde dat deze baan te veel voor haar was. Gertrude: „Ik was hard voor mezelf terwijl ik altijd gevoelig ben geweest. Dat wilde ik nooit laten zien aan de buitenwereld. Ik had een enerverende baan, was geregeld op reis en op de redactie zat ik met zo’n twintig collega’s in een grote kantoortuin. Superonrustig, want iedereen was constant aan het bellen, overleggen of kletsen. Dat was nu eenmaal de werksfeer en ik vond dat ik dat normaal moest vinden.” Gertrude compenseerde de werkdrukte door in de pauzes tijd voor zichzelf te nemen. Dat haar collega’s dat niet sociaal vonden, nam ze voor lief.
Maar zelfs met die ingebouwde rustmomenten bleef de werkdruk hoog en daarnaast waren er ook andere stressoren. Gertrude voelde zich steeds sneller moe en geïrriteerd: „De stress sloop er langzaam in, maar ik bleef het ontkennen, met als gevolg dat mijn gevoel steeds verder af kwam te staan van de stoere, mondige vrouw die ik naar buiten toe was. Toen ik op persreis zou gaan, raakte ik vlak voor vertrek op het vliegveld in paniek en belde ik huilend m’n baas dat ik niet ging omdat ik bang was om te vliegen. Dat was ook zo, maar het was veel meer dan dat. De deadlines, de indrukken, de nieuwe prikkels, alles was te veel. Op den duur kreeg ik ook last van hyperventilatie. Dat vond ik eng en zwak van mezelf.”
Prikkels
Langzaam groeide het besef dat ze hoogsensitief is. Gertrude: „Ik moest meer naar mijn emoties luisteren, zeiden hulpverleners tegen me. Ik vond dat nogal zweverig, want ik had dat nooit geleerd.” De werkgever van Gertrude wees haar verzoek om een prikkelvrije werkplek af. „Daaraan merkte ik dat hij niet echt snapte wat hoogsensitiviteit inhield. Maar op dat moment begreep ik mezelf ook nog niet echt. Wat gebeurde er toch met me?”
Trainer en coach Jan Stevens herkent de worsteling. „Je krijgt het gevoel dat je je aanstelt.” Stevens zegt altijd tegen zijn cliënten: Druk die gevoeligheid in elk geval nooit weg, want daar haal je je alleen maar veel meer problemen mee op de hals. Onderzoek in plaats daarvan of je inderdaad hooggevoelig bent. Stevens: „Een typische eigenschap van hsp’ers is dat ze onder de radar kunnen kijken. Anders uitgedrukt: ze horen wat er niet wordt gezegd. Dat maakt dat ze zich vaak vermalen voelen tussen partijen in een bedrijfsconflict en dat ze een negatieve sfeer in een team onmiddellijk aanvoelen. Velen zijn ook perfectionistisch, met oog voor detail en een sterk rechtvaardigheidsgevoel.”
„In de woonwinkel is het bijna nooit te druk en als het nodig is, kan ik me even terugtrekken ” - Ismay Hulst, hoogsensitieve jongere
De loopbaancoach adviseert hsp’ers zo snel mogelijk te leren leven met de eigenschap. Dat betekent voor de een dat hij de focus in zijn huidige baan moet verleggen, voor de ander dat hij beter van baan kan wisselen. Stevens geeft het voorbeeld van een verpleegkundige die vastliep in haar werk. „Ze was zo begaan met haar patiënten, dat ze hun pijn voelde. Ze kwam ziek thuis te zitten. Nu is ze docent op een school. Een veel passender baan, in haar geval.”
Ismay volgt nu een opleiding voor de creatieve industrie. Ze ontmoet daar veel geestverwanten, want, zo verklaart ze: „Volgens mij zijn veel hsp’ers ook creatief, dus daar voel ik me erg thuis.” Ze heeft een nieuwe bijbaan gevonden. In een woonwinkel geeft ze woonadvies. „Dat gaat goed, ook met mijn collega’s. Het is bijna nooit te druk en als het nodig is, kan ik me even terugtrekken.”
Gertrude nam ontslag bij het groente- en fruitmedium en startte haar eigen nieuwswebsite voor de bakwereld. Ook heeft ze een boek geschreven over haar ervaringen met hsp: ”#wordjeeigenbff”. Met haar bedrijf Dagelijks Genieten inspireert ze hoogsensitieve vrouwen om hun eigen bff te worden. De flexibiliteit die ze nu heeft, doet haar goed, zegt ze: „Ik heb de vrijheid nodig om mijn eigen tijd in te delen. Dus als ik ineens toe ben aan een boswandeling, dan maak ik die, ook al is het dinsdagmiddag. Het verschilt per dag hoeveel ik werk. Ik heb me ooit voorgenomen dat ik het nooit meer druk wilde hebben. Juist door beter te leren omgaan met mijn hoogsensitiviteit, hoef ik er niet meer op te focussen. Die is gewoon een van mijn eigenschappen, en daar houd ik rekening mee.”