Alle NAVO–landen doen mee met training Iraaks leger
Alle 26 landen van de NAVO dragen bij aan de NAVO–missie om legerofficieren en politiemensen in Irak te trainen. Enkele landen die tot dusver weigerden mee te werken, zijn toch over de brug gekomen.
Secretaris–generaal De Hoop Scheffer heeft dit dinsdag gemeld tijdens de NAVO–top met de staats– en regeringsleiders van alle lidstaten. De topman had de laatste weken aangedrongen op bijdragen van alle lidstaten, ofwel met mankracht, materiaal of met geld. De gezamenlijke bijdragen moeten de eenheid onder de bondgenoten tonen. De laatste jaren waren de landen nog sterk verdeeld over hun inzet voor Irak.
De Hoop Scheffer wilde de overgehaalde landen niet bij naam noemen. Bekend is echter dat België enkele weken geleden aankondigde enkele trainers en grondwetspecialisten te sturen. Frankrijk en Duitsland hadden al eerder gemeld Irakezen te willen trainen buiten Irak.
De NAVO heeft ruim 110 instructeurs in de Iraakse hoofdstad Bagdad. Zij gaan ongeveer duizend legerofficieren per jaar trainen. De NAVO had de laatste maanden problemen om genoeg instructeurs te vinden voor de missie. Hun aantal bleef onder de doelstelling van de NAVO, tot teleurstelling van de Amerikanen. De Hoop Scheffer benadrukte steeds dat dit geen gevolg had voor de training.
De Hoop Scheffer had maandag in een interview met het ANP al gezinspeeld op zijn diplomatieke succesje.