Economiedrinkwater

Water wordt in de komende jaren fors duurder

Er zijn ongetwijfeld mensen die klagen over het bedrag dat ze jaarlijks voor water moeten betalen, maar echt reden hebben ze daar niet voor. Tenminste: nog niet. Volgens een eind januari gepubliceerde studie van de Rabobank gaan de prijzen de komende jaren flink omhoog. De leveringszekerheid daalt juist.

5 February 2024 13:06Gewijzigd op 5 February 2024 13:09
Waterwingebied bij Ouddorp, op Goeree Overflakkee. beeld ANP, Peter Hilz
Waterwingebied bij Ouddorp, op Goeree Overflakkee. beeld ANP, Peter Hilz

In vergelijking met de inwoners van veel andere Europese landen betalen Nederlanders betrekkelijk weinig voor het product dat ze misschien wel het meest nodig hebben: schoon drinkwater.

20077104.JPG

Rekening houdend met de inflatie is water in de afgelopen tien jaar relatief zelfs voortdurend goedkoper geworden. Maar die trend is sinds vorig jaar voorbij.

Dat het onmisbare vocht tot nu toe betrekkelijk weinig kostte, komt deels door de overheid. Die beschouwt water als een eerste levensbehoefte, die voor alle inwoners van het land beschikbaar moet zijn.

De drinkwaterbedrijven concurreren om die reden niet met elkaar en hoeven ook geen winst te maken. Dat betekent dat burgers in principe niet meer betalen dan de werkelijke productiekosten, en soms zelfs minder, omdat de overheid bijspringt met subsidie.

20077103.JPG

Ierland

Inwoners van Ierland hebben het wat dat laatste betreft het meest getroffen. Zij hoeven helemaal niet voor hun water te betalen.

Dat de Nederlandse consument Europees gezien ook goedkoop uit is, komt doordat de productiekosten hier lager liggen dan in buurlanden als België. En dat heeft alles te maken met de manier waarop drinkwater in Nederland wordt gewonnen.

Het gaat daarbij voor het grootste deel, ruim 60 procent, om grondwater en dat is over het algemeen veel minder vervuild dan oppervlaktewater, afkomstig uit rivieren en meren. Het reinigen ervan, zodat het geschikt wordt voor de gebruikers, kost relatief weinig.

Het wordt echter wel duurder. Vanaf 2023 begonnen de kosten zelfs opvallend toe te nemen en die stijging zet vrijwel zeker door.

Dat heeft een aantal redenen. De groei van de Nederlandse bevolking speelt een rol. In de komende jaren moeten er honderdduizenden nieuwe huizen worden gebouwd om de woningnood op te lossen. Die woningen dienen te worden aangesloten op het waternetwerk en daarvoor is een grote uitbreiding van de productie- en distributiesystemen nodig. Dat kost honderden miljoenen euro’s.

Ook van invloed op de prijsstijgingen zijn de gevolgen van klimaatverandering. Die lijkt ervoor te zorgen dat er steeds vaker perioden van droogte voorkomen. Tijdens zulke perioden komt de kwaliteit van met name rivierwater onder druk te staan. Dat vergt eveneens nieuwe investeringen. Als derde punt noemt het rapport van de Rabobank de toenemende vervuiling in ons land. Dan gaat het om medicijnresten, gewasbeschermingsmiddelen en andere schadelijke stoffen zoals PFAS, die in het grond- en oppervlaktewater belanden.

Uit een studie die Vitens, het grootste waterbedrijf van ons land, liet uitvoeren, blijkt dat de totale investeringen van de sector in 2018 zo’n 500 miljoen euro bedroegen. In 2020 was dit opgelopen tot 660 miljoen en in 2026 zal dit uitkomen op 800 miljoen.

Dat alles leidt er nu al toe dat huishoudens en industriële gebruikers meer moeten betalen. In 2023 stegen de prijzen met gemiddeld 15 procent. Dit jaar voerden de leveranciers opnieuw forse verhogingen door, van gemiddeld zo’n 12 procent, en het einde is zeker nog niet in zicht.

Waterstress

De waterwinning wordt dus duurder, maar dat is niet het enige probleem. Er dient zich een ander fenomeen aan: waterstress. De betekenis: het wordt minder vanzelfsprekend dat particulieren en bedrijven op elk gewenst moment over drinkwater kunnen beschikken. De Inspectie Leefomgeving en Transport waarschuwde daar in januari voor, op grond van de toenemende watervraag en de afnemende beschikbaarheid.

Begin februari publiceerde De Telegraaf een analyse waaruit blijkt dat de bouw van zo’n 300.000 woningen op de tocht kan komen te staan. Dat omdat het misschien niet lukt om ze op een waterleiding aan te sluiten. In een reactie daarop erkende demissionair minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) dat het voor drinkwaterbedrijven spannend is of het gaat lukken om aan de leveringsplicht te blijven voldoen.

Een belangrijke reden is dat provincies op het moment te weinig doen om nieuwe waterwinningslocaties te realiseren. Daarbij gaat het niet in de eerste plaats om de kosten. Drinkwaterbedrijven geven aan dat provincies het belang van natuur boven voldoende waterwinning verkiezen. De topman van Vitens, Jelle Hannema, zei zondag in het programma WNL op Zondag dat er in sommige gebieden nu al nee moet worden verkocht aan bedrijven die een aansluiting op de waterleiding willen. Hij riep de politiek op om keuzes te maken en de leverplicht van de drinkwaterbedrijven serieus te nemen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer