De restauratie en renovatie van het Prinsenhof in Delft is een flinke stap dichterbij, nu de gemeenteraad akkoord is gegaan met belangrijke nieuwe stappen in de procedure. De werkzaamheden kunnen begin 2025 beginnen, zo is de verwachting van de gemeente, en als het meezit kan het museum begin 2027 weer open voor het publiek.
Het college van burgemeester en wethouders liet vrijdag weten heel verheugd te zijn over het fiat van de raad. „Het positieve besluit stelt ons, na ruim zeventig jaar, in staat om het museum te renoveren en in goede staat door te geven aan toekomstige generaties,” zegt Frank van Vliet, wethouder voor onder meer cultuur en erfgoed.
De plannen betreffen nu nog alleen het gebouw, waar in 1584 Willem van Oranje, de Vader des Vaderlands, werd vermoord door Balthasar Gerards. Het doet dienst als museum. Een landschapsarchitect werkt nog aan een ontwerp voor de Prinsentuin en het Sint Agathaplein.
Museum Prinsenhof Delft gaat tijdens de verbouwing weliswaar dicht, maar delen van de collectie worden dan elders in het land getoond. Op 16 februari begint er nog wel de tentoonstelling Pioniers in Keramiek, waar topstukken uit de collectie historisch aardewerk zij aan zij met werk van hedendaagse makers te zien zijn.
De uitvoering van de plannen moet een toekomstbestendig, voor iedereen toegankelijk, eigentijds en duurzaam museum opleveren en ook het monumentale karakter sterk naar voren laten komen. De kosten voor de verbouwing zijn geraamd op 38 miljoen euro, waarvan de gemeente Delft 18 miljoen voldoet. De bekende Delftse familie Vlek schenkt 10 miljoen „om de museale functie van het Prinsenhof te garanderen”. De rest van de financiering moet uit aanvullende fondsen en subsidies komen.
