EU wil desinformatie bestrijden in wereldwijd verkiezingsjaar
Alle landen, ook Nederland, staan in hoge mate bloot aan manipulatief nepnieuws. De Europese buitenlanddienst wil deze bedreiging voor de democratie bestrijden nu dit kalenderjaar wereldwijd 2 miljard mensen in ten minste zestig landen naar de stembus gaan.
Verkiezingen zijn er in 2024 onder meer voor het Europees Parlement, maar ook in de Verenigde Staten. Een dinsdag uitgebracht EU-rapport geeft een analyse van 750 recente gevallen van misleiding met informatie. Het geeft voorbeelden van onder meer de ondermijning van de verkiezingen in Spanje en Polen, maar het rapport noemt ook voorbeelden met individuen als doelwit zoals de Franse president Macron of de Amerikaanse acteur Nicolas Cage.
Het rapport komt bovendien met methoden om dergelijke manipulatie te herkennen en te bestrijden. De EU probeert aanvallen onder meer te pareren met wetgeving, zoals de recente Digitale Diensten Wet, via diplomatiek overleg met overheden wanneer aanvallen worden vastgesteld, en met een Europees alarmeringssysteem.
Uit de analyse blijkt dat vooral China en Rusland de aanvallen uitvoeren. Oekraïne was vorig jaar het belangrijkste doelwit van krachten die via trollen en het manipuleren van gegevens proberen de democratie en de maatschappij te ondermijnen. Manipulatie van informatie in een ander land is „een belangrijke component geworden van moderne oorlogsvoering”, schrijft EU-buitenlandchef Josep Borrell in het voorwoord. Maar vaak gebeurt dergelijke manipulatie niet eens in een oorlogssituatie, maar is het doel simpelweg de destabilisering van maatschappelijke groepen of geldelijk gewin.
Aanvallers met desinformatie haken graag aan bij populaire gebeurtenissen of thema’s en doen dit nog altijd vooral op een klassieke manier, stelt het EU-rapport vast. Volgens die klassieke methode worden neprapporten of nepgegevens eerst via eigen kanalen richting bekende socialemediakanalen geloodst, zoals Instagram of X. Vervolgens wordt gezorgd dat die informatie daar wordt gedeeld, waarna vervolgens ‘de discussie’ wordt overgenomen door reguliere media en publieke personen.
De daders maakten vorig jaar nog weinig gebruik van kunstmatige intelligentie voor bijvoorbeeld het maken van neptoespraken of -foto’s, stelt het rapport vast. Maar dat kan snel veranderen. Tegelijkertijd, zo staat in het rapport, kunnen AI-instrumenten juist ook heel bruikbaar zijn bij het opsporen van desinformatie.