EU-landen neigen naar kleinere verhoging van EU-budget
De EU-leiders zijn in Brussel een discussie over de ophoging van de Europese meerjarenbegroting ingegaan met voorstellen om die verhoging te beperken. Net als Nederland vinden ook andere EU-landen dat als Europa meer geld nodig heeft, de unie maar moet bezuinigen.
Het zou veel te makkelijk zijn, zo vinden onder meer Nederland en Duitsland, om gelijk maar om een bijstorting van de lidstaten te vragen. De EU-lidstaten moeten zelf van de Europese Commissie ook bezuinigen als ze niet uitkomen met hun begroting.
De Europese Commissie heeft in juni een forse tussentijdse ophoging van de Europese meerjarenbegroting voorgesteld. Ze verwijst naar omstandigheden als de toegenomen inflatie, maar ook de hulp aan Oekraïne en ambities op het vlak van sociale programma’s.
De EU-landen hebben de afgelopen maanden, in de aanloop naar de top, individueel en soms gezamenlijk verschillende voorstellen uitgewerkt om de budgetuitbreiding tegen te gaan of te beperken. De EU-leiders zijn in die voorstellen op zoek gegaan naar interne bezuinigingen en verschuivingen van EU-budgetten. Volgens een EU-bron liggen de door de landen geaccepteerde verhogingen van de EU-budgetten nu eerder op „rond een derde” van het door de commissie voorgestelde bedrag van ongeveer 66 miljard euro. In de onderlinge discussies tussen de EU-leiders op de EU-topontmoeting in Brussel moet deze dagen blijken waarop ze uiteindelijk uitkomen.
In de marge van de EU-top waarschuwde EU-parlementsvoorzitter Roberta Metsola vast dat ze hoopt dat het EU-budget wel degelijk wordt verhoogd. „We kunnen niet meer doen met minder”, zei ze over de Europese ambities.
De EU werkt met een meerjarenbegroting van steeds zeven jaar. De meest recente is voor de jaren 2021 tot 2027. Volgens de Europese Commissie en het Europees Parlement is het begrote budget voor deze periode niet genoeg. Daarom heeft de Europese Commissie voorgesteld dat de EU-landen tussentijds meer geld bijstorten voor bijzondere doelen. Het gaat dan onder meer om een speciaal fonds voor Oekraïne voor de periode 2024 - 2027 met daarin 50 miljard euro voor Oekraïnes heropbouw en steun. Voor dit fonds lijken de meeste EU-landen wel te vinden, al is er grote weerstand bij Hongarije tegen hulp van welke aard ook voor Oekraïne.
Daarnaast wil de commissie nog een speciaal fonds van 15 miljard euro om problemen te verhelpen die het gevolg zijn van toegenomen immigratiestromen en voor speciale samenwerking met belangrijke niet-EU-landen op dit vlak.