De afvoer van de Rijn is al weken hoog, doordat het in het hele stroomgebied en in Nederland veel heeft geregend. Vanaf maandag komt daar water van smeltende sneeuw uit de hogere gebieden in Duitsland bij. Later in de week voert de Rijn ook het water uit de zijrivieren in Duitsland af. Tegen volgend weekeinde bereikt smeltwater uit Zwitserland de Nederlandse grens.

Vanaf 13 meter boven NAP is er sprake van een verhoogde waterstand. Dan lopen uiterwaarden en lage kades onder water en moeten boeren en natuurbeheerders hun vee uit laaggelegen gebieden langs de rivieren halen. Waterschappen nemen maatregelen om overstromingen te voorkomen. Bijkomend probleem is dat de bodem in vrijwel het hele land geen water meer kan opnemen, omdat de grond kletsnat is door de vele regen. Dat veroorzaakt veel kwel achter rivierdijken, die daardoor kunnen verzwakken.

Rijkswaterstaat voorziet vrijdag niet dat het water bij Lobith tot boven de 15 meter boven NAP zal stijgen. Dat zou extreem hoogwater opleveren.