Actiegroepen: Shell stuurde meeste werknemers naar klimaattoppen
Shell heeft openlijk de meeste werknemers naar klimaattoppen gestuurd, concluderen klimaatactiegroepen dinsdag. Ze deden onderzoek naar hoeveel lobbyisten van de fossiele industrie aanwezig waren bij de invloedrijke onderhandelingen. Het zou kunnen dat niet alle mensen met „een fossiel belang” geïdentificeerd zijn, maar Shell stuurde sinds 2003 in elk geval minstens 115 werknemers naar de gesprekken.
De klimaatactiegroepen vallen onder Kick Big Polluters Out (KBPO). De club zag in het onderzoek dat VN-organisatie UNFCCC sinds 2003 in elk geval 7200 passen heeft toegekend aan vertegenwoordigers van fossiele brandstoffen. Een belangrijk deel hiervan ging naar bedrijven die zich hebben aangesloten bij de International Emissions Trading Association (IETA). Bij de handelsorganisatie zijn meerdere fossiele bedrijven aangesloten, onder meer Shell, Exxon en BP.
Tegen de Washington Post zei IETA dat het belangrijk is dat de organisatie aanwezig is tijdens de klimaattoppen, omdat „wij van plan zijn om deel uit te maken van de oplossing”. Shell reageerde dat een „klein aantal Shell-medewerkers” aanwezig is om „inzichten en de nieuwste beleidsontwikkelingen te verzamelen, in gesprek te gaan met belanghebbenden en de samenwerking te versterken”.
De klimaatactiegroepen vinden dat mensen met fossiele belangen niet bij de klimaattop moeten zijn. „We zouden hen moeten opdragen te sluiten”, zegt een van de betrokkenen bij KBPO. „Anders erven onze kinderen, al onze kinderen, een wereld die in brand staat.”
