Leden Zimbabwaanse oppositie leven niet zeker
Een Zimbabwaans oppositielid is na zijn ontvoering dood teruggevonden. De oppositie in het Afrikaanse land is steeds vaker doelwit van geweld en intimidatie.
Aan de rand van de Zimbabwaanse hoofdstad Harare werd deze week het gemartelde lichaam teruggevonden van Tapfumaneyi Masaya. Het lid van de grootste Zimbabwaanse oppositiepartij Citizens’ Coalition for Change (CCC) werd op 11 november op klaarlichte dag ontvoerd. Masaya was priester en een sleutelfiguur voor de oppositie in zijn kiesdistrict in Harare. Tijdens een campagnebijeenkomst voor lokale verkiezingen werd hij in een auto gedwongen door gewapende mannen.
Het is het laatste geval in een recente golf van aanvallen op leden van de Zimbabwaanse oppositie. Sinds de verkiezingen in het land eind augustus werden zeker zeven vooraanstaande leden van de CCC ontvoerd, zien verschillende mensenrechtenorganisaties. Die verkiezingen worden betwist in het binnen- en buitenland. De Zimbabwaanse president Emmerson Mnangagwa lijkt te proberen met geweld zijn macht te consolideren, aldus Christopher Vandome van de denktank Chatham House.
De methodes zijn in alle bekende gevallen gelijk: gewapende mannen ontvoeren de slachtoffers, die vervolgens op verschillende manieren worden gemarteld. Masaya overleed, maar zij die het overleefden werden gedumpt, met of zonder kleren, aan de randen van Harare. Ook werden de slachtoffers in meerdere gevallen geïnjecteerd met een onbekende vloeistof.
Ex-parlementslid James Chidhakwa maakte het mee. „Ik was onderweg om mijn vrouw op te halen na werktijd. Terwijl ik nog in mijn auto zat kwamen zeven gewapende mannen naar me toe en trokken me uit mijn auto”, vertelt hij aan Trouw. „Ik werd in hun wagen gestopt, geblinddoekt en gestoken met scherpe metalen voorwerpen. Ook sloegen ze me met wat zwaars. Voor ze me weer naast de snelweg dumpten, werd ik nog geïnjecteerd met iets. En ik heb niet eens de mogelijkheid om te laten testen waarmee ik ben geïnjecteerd.”
Toenemende intimidatie
De voorganger van Mnangagwa, Robert Mugabe, stond al niet bekend om zijn liefde voor mensenrechten. Maar sinds het aantreden van Mnangagwa in 2017 is de intimidatie van oppositieleden toegenomen, zegt de woordvoerder van CCC, Promise Mkwananzi. „Mnangagwa doet niet eens alsóf hij de regels van de wet volgt.”
Mensenrechtenorganisaties Amnesty International, Southern Defenders en Human Rights Watch beschrijven meerdere gevallen. Ze roepen de Zimbabwaanse regering op om „de escalatie van ontvoeringen, marteling en moord op parlementsleden, politieke activisten van de oppositie en mensenrechtenverdedigers, onmiddellijk aan te pakken”. Het regime van Mnangagwa heeft op geen enkele ontvoering gereageerd.
Ook binnen de muren van het parlement heeft de CCC het moeilijk. In oktober verscheen een brief aan de voorzitter van het parlement waarin een man zich voordeed als de secretaris-generaal van de CCC. Hij verklaarde dat vijftien parlementsleden uit de partij waren gezet – alleen heeft de CCC helemaal geen secretaris-generaal. De voorzitter besloot toch, zonder onderzoek, de vijftien leden te royeren. Bij de lokale verkiezingen voor de vrijgekomen plekken vond Masaya de dood.