Met die wet kunnen de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) sneller zicht krijgen op spionagepogingen van landen als Rusland of China.

Politieke partijen maakten zich zorgen of de privacy van burgers niet in de knel zou komen en of het toezicht toereikend is. Maar na aanpassingen door het kabinet en voorstellen vanuit de Kamer lijken partijen de aanvullende wet in balans te vinden.

Door de tijdelijke wet kunnen cyberexperts van de inlichtingendiensten sneller onderzoeken of landen cyberaanvallen uitvoeren op Nederland. Nu nog moeten zij vooraf toestemming krijgen, maar omdat cyberdreigingen vaak erg acuut zijn duurt dat proces volgens het kabinet te lang. In plaats daarvan kijkt een toezichthouder tijdens de operatie tegelijkertijd mee of alles volgens de regels gaat en er geen onnodige risico’s worden genomen. Eerder zijn er operaties afgeblazen vanwege het vele bureaucratische werk vooraf, zegt verantwoordelijk minister Hugo de Jonge (Binnenlandse Zaken). Hij nam onlangs de taken over van minister Hanke Bruins Slot, die Wopke Hoekstra opvolgde als buitenlandminister.

In de Kamer leefden zorgen of de toezichthouder wel goed uitgerust is voor de uitgebreidere taak. Maar De Jonge wijst erop dat hun capaciteit wordt uitgebreid met waar de toezichthouder zelf om heeft gevraagd, namelijk tien fulltimebanen. Ook wil de Kamer meer garanties dat informatie niet voor eeuwig bewaard kan worden. In principe blijft informatie 1,5 jaar bewaard, maar dat kan telkens met een jaar worden uitgebreid. Onder meer D66 wil dat hier een maximumtermijn voor komt. Naast de coalitiepartijen lijken onder meer GroenLinks/PvdA, Volt en de BBB de wet te steunen.

De SP en FVD steunen de wet niet. SP-Kamerlid Nicole Temmink zegt niet gerustgesteld te zijn dat burgers, maar ook bijvoorbeeld journalisten of advocaten, niet de dupe worden van de nieuwe wet. Ook FVD-Kamerlid Pepijn van Houwelingen vreest dat informatie van burgers afgetapt kan worden, zelfs in hele wijken, maar dat bestrijdt De Jonge. „We zijn niet geïnteresseerd in het Netflix-gedrag van uw buurman. We zijn geïnteresseerd in de Russen.”

De Tweede Kamer stemt volgende week dinsdag over de wet en de voorstellen om die aan te passen.