De burgemeester vreest dat de Jaarbeurs –de eerste opvanglocatie voor veel gevluchte Oekraïners– binnenkort geen bedden meer heeft, omdat de doorstroom naar opvangplekken elders in Nederland stokt.

De verantwoordelijkheid voor opvang van Oekraïners ligt bij gemeenten, stelt een woordvoerder van Van der Burg. Begin vorige maand nog deed de staatssecretaris een dringende oproep aan gemeenten om plekken te regelen. Gemeenten hebben gehoor gegeven aan die oproep: het aantal plaatsen is gestegen van 81.925 naar 82.890. Maar het knelt nog steeds: 81.983 hiervan zijn in gebruik.

Dijksma heeft andere gemeenten opgeroepen snel met opvangplekken te komen. Het is eigenlijk de bedoeling dat Oekraïners niet langer dan drie nachten in de Jaarbeurs verblijven. Daarna moeten ze elders worden opgevangen. Dat lukt niet omdat de plekken in andere gemeenten op zijn. Daardoor slapen nu al meer mensen in Utrecht dan de bedoeling is. Het moment nadert volgens de burgemeester dat Oekraïners buiten moeten slapen.

Veiligheidsberaad

De problemen verergeren volgens Dijksma omdat de toestroom is toegenomen afgelopen maand. Maar dat is volgens de staatssecretaris niet de oorzaak. Het loopt volgens hem vast omdat er niet genoeg opvangplekken bij zijn gekomen, gemeenten alleen bepaalde doelgroepen willen opvangen en omdat bedden niet efficiënt worden gebruikt. Van der Burg zegt hierover veel contact te hebben met Wouter Kolff, burgemeester van Dordrecht en voorzitter van het Veiligheidsberaad.

Dat beraad pleit voor een versobering van de leefgeldregeling voor Oekraïners. „Het leefgeld moet naar beneden, zeker voor de mensen die een baan hebben en dus ook salaris en onderdak hebben”, zo stelt Kolff. Hij gaf al eerder aan dat Nederland aantrekkelijk is vanwege „onze ruimhartige regeling. Natuurlijk begrijpen wij de urgentie, we moeten als regio’s alles op alles zetten om tot extra plekken te komen. We willen deze mensen blijven opvangen, maar we zijn nu voorbij de crisismodus en je moet vooruitkijken.”