Dat is de uitkomst van dag twee van de Algemene Politieke Beschouwingen (APB). Achter de schermen ontstonden wisselende meerderheden voor een breed scala aan plannen. De argumenten waarmee demissionair premier Mark Rutte de voorstellen stuk voor stuk ontraadde, mochten niet baten. De Kamer maakte dankbaar gebruik van de ruimte die er is om zelf meerderheden voor nieuw beleid te smeden, nadat het gevallen kabinet een beleidsarme Miljoenennota presenteerde.

Zo bepaalde een Kamermeerderheid dat het minimumloon volgend jaar met 1,7 procent extra omhoog gaat. Ook uitkeringen als de AOW stijgen mee. De kinderopvangtoeslag wordt hoger, zodat ouders zelf minder geld bij hoeven te leggen. Alles bij elkaar kosten de maatregelen 2 miljard euro extra.

Dit voorstel van GL-PvdA werd gesteund door CU, D66, PVV, SP, PvdD, Volt, Denk, Bij1, en de Kamerleden Den Haan en Gündogan.

Om het plan te betalen gaan bedrijven belasting betalen als zij van hun winst eigen aandelen inkopen. Dat levert volgens de partijen 1,2 miljard euro op. Daarnaast wordt de bankenbelasting dusdanig verhoogd dat die 350 miljoen euro extra opbrengt. Ook inkomsten uit vermogen en deelnemingen in bedrijven worden zwaarder belast, wat nog eens 450 miljoen euro in het laatje moet brengen.

VNO-NCW en MKB-Nederland stellen dat de extra verhoging van het minimumloon averechts zal uitpakken. De maatregel zou de inflatie nog hoger maken en veel mkb’ers raken die al te maken hebben met hoge kostenstijgingen. Vakbonden FNV en CNV laten weten blij te zijn met de verhoging van het minimumloon.

Verder besloot de Kamer dat volgend jaar de prijzen van trein- en buskaartjes niet omhoog gaan. CU-partijleider Bikker nam het initiatief om daar 420 miljoen euro voor vrij te maken. Haar voorstel werd in de Kamer unaniem aanvaard. Het grootste deel van het geld (300 miljoen euro) gaat naar het regionaal openbaar vervoer. Met de resterende 120 miljoen euro wil de Kamer voorkomen dat NS de prijzen van treinkaartjes moet verhogen.

De maatregelen worden betaald uit een aantal bestaande potjes. Het gaat om geld dat om uiteenlopende redenen nu nog niet aan andere zaken kan worden uitgegeven.

Kinderbijslag

Op initiatief van SGP-fractievoorzitter Stoffer bepaalde de Kamer ook dat er 250 miljoen euro extra wordt uitgetrokken om de kinderbijslag te verhogen. Het voorstel wordt betaald door de belastingwetgeving voor volgend jaar minder te corrigeren voor inflatie. Het voorstel kreeg steun van VVD, PVV, CDA, CU, BBB, Denk, Bij1, Groep-Van Haga en het Kamerlid Omtzigt.

Tot slot besloot een Kamermeerderheid dat de brandstofaccijnzen volgend jaar niet worden verhoogd. De huidige korting, die per 1 januari zou vervallen, blijft een jaar langer bestaan. Ook gaat de gebruikelijke jaarlijkse verhoging eenmalig niet door. Een voorstel daartoe van de VVD kreeg steun van CDA, SP, CU, Denk, PVV, FVD, JA21, BBB, SGP, Groep-Van Haga, Bij1 en de eenpitters Omtzigt, Den Haan en Ephraïm.

Lagere energiebelasting

Deze partijen willen ook de energierekening voor huishoudens verlagen door een structurele verlaging van de energiebelasting met 200 miljoen euro. Met deze maatregelen worden zowel mensen met een laag inkomen als middengroepen geholpen, betogen zij.

Voor de financiering van deze ingrepen –de accijnsmaatregel kost naar schatting 1,2 miljard euro– willen de partijen geld bijeenleggen dat gereserveerd staat voor plannen van diverse ministeries die nog nader moeten worden uitgewerkt. Ook eventuele extra aardgasbaten moeten ervoor worden benut. Mocht dat onvoldoende opleveren, dan willen de partijen een greep doen in het Nationaal Groeifonds.

In de weken tot aan het verkiezingsreces worden nog een aantal begrotingen behandeld in de Tweede Kamer. De Kamerfracties moeten hun voorstellen nog omvormen naar wetsaanpassingen. Over de uitvoering en de manier waarop de plannen in de wet terechtkomen, gaan de partijen dan ook nog in debat met de verantwoordelijke ministers.